Woordenschat blok 3

Woordenschat blok 3
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Woordenschat blok 3

Slide 1 - Slide

Opdracht 1
Je krijgt telkens de uitleg. 
Met welk woord correspondeert dit? 
  • Let op je spelling! 
  • Geef ook telkens de grondvorm.

Slide 2 - Slide

Kijken of er jou iets bevalt

Slide 3 - Open question

betoog

Slide 4 - Open question

strijden met

Slide 5 - Open question

algemeen geldend

Slide 6 - Open question

niet lonend, geen winst opleverend

Slide 7 - Open question

voordeel

Slide 8 - Open question

afbraak, sloop

Slide 9 - Open question

genoeg of voldoende zijn

Slide 10 - Open question

denken aan de opbrengst

Slide 11 - Open question

Opdracht 3
  • namaak: authentiek(e)
  • realistisch: irreëel
  • fysiek: mentaal
  • dwarsliggen: (zich) conformeren (aan)
  • ongeldig: valide

Slide 12 - Slide

Opdracht 4
Sleep de uitdrukking naar de juiste betekenis!

Slide 13 - Slide

nadelig werken
nauwkeurig aanwijzen
met opzet
erg groot worden
bezuinigen op
commentaar geven bij
schade toebrengen aan
veel moeite hebben met
zonder moeite
zijn weerslag hebben op
kanttekening maken bij
de vinger leggen op
Inbreuk maken op
willens en wetens
het mes zetten in
zich het hoofd breken over
in een vloek en een zucht
epidemische vormen aannemen

Slide 14 - Drag question