Voorbeeld: omgaan met onbekende woorden
“Hij wilde hen het beste wild voorzetten dat in zijn bossen rondliep.” Ik vraag me af wat ‘wild’ hier betekent. Ik lees een stukje terug. Daar lees ik dat hij op jacht in het bos gaat. Ik lees een stukje verder en daar lees ik dat vogels tot zijn favoriete gerechten behoren. Ik denk dat ‘wild’ hier het eten van wilde dieren uit het bos betekent.