In een goede tekst hangen woorden, zinnen en alinea's met elkaar samen. Deze samenhang noemen we het tekstverband.
Je kent al het chronologisch verband, opsommend verband, tegenstellend verband en toelichtend verband.
In dit hoofdstuk leer je drie tekstverbanden: het concluderend verband, het redengevend verband en het oorzakelijk verband.