uitleg spelling H3: voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3
This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Welkom
Vandaag op het programma:
toetsje woordsoorten
uitleg spelling H3: voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
Slide 1 - Slide
Kort toetsje
geen paniek....
Slide 2 - Slide
Sleep de woordsoorten naar de juiste box.
werkwoord
bezittelijk vnw
voorzetsel
lidwoord
zelfstandig nw
bijvoeglijk nw
De
rare
man
in
de
auto
lacht
Slide 3 - Drag question
Sleep de woordsoorten naar de juiste box.
persoonlijk vnw
bezittelijk vnw
voorzetsel
lidwoord
zelfstandig nw
bijvoeglijk nw
Jouw
gekke
tante
is
in
de
tuin
Slide 4 - Drag question
De grote hond rent over de zanderige duinen.
grote = ...
A
Werkwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Lidwoord
D
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 5 - Quiz
De grote hond rent over de zanderige duinen.
hond = ...
A
Werkwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Lidwoord
D
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 6 - Quiz
De grote hond rent over de zanderige duinen.
over = ...
A
Werkwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Voorzetsel
D
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 7 - Quiz
De grote hond rent door de zanderige duinen.
zanderige = ...
A
Werkwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Voorzetsel
D
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 8 - Quiz
Nieuwe stof
het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
Slide 9 - Slide
Een voltooid deelwoord kun je bijvoeglijk gebruiken. Dat betekent dat je er een bijvoeglijk naamwoord van kunt maken.
Kijk maar eens:
1. Jullie hebben gisteren ijverig huiswerk gemaakt.
2. Het gemaakte huiswerk was prima!
3. Ik heb gistermiddag op de bank onder een dekentje een boek gelezen.
4. Het gelezen boek was best aardig, maar niet wat ik ervan verwachtte.
5. Het fietspad van Gouda naar Zoetermeer is nu beter verlicht.
6. Op het verlichte fietspad kun je nu beter de kuilen ontwijken.
Maar:
7. De gemeente verlichtte het fietspad veel te laat.
Slide 10 - Slide
Regel
Schrijf het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord altijd zo kort mogelijk!
Slide 11 - Slide
Even terug...
5. Het fietspad van Gouda naar Zoetermeer is nu beter verlicht. Verlicht is een vd.
6. Op het verlichte fietspad kun je in het donker nu beter de kuilen ontwijken.Verlichte is een bn geworden, zo kort mogelijk dus. Alleen een 'e' is toegevoegd. Vergelijk maar: De jongen is best grappig. De grappige jongen heet Kees. Hier voeg je ook alleen maar een 'e' toe.
Maar:
7. De gemeente verlichtte het fietspad veel te laat.Verlichtte is hier een pvvt en daar gelden andere regels. Welke regel hier geldt? Juist! De regels van het kofschip!
Daarom is het altijd heel belangrijk dat je eerst kijkt of iets wel of niet een pv is. En daarom is in het schema van werkwoordspelling de eerste vraag dan ook altijd: is het een pv ja of nee?
Slide 12 - Slide
Aan de slag
Ga naar de site van Nieuw Nederlands en selecteer Hoofdstuk 3.
Klik vervolgens op de knop Taalverzorging het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.
Maak de opdrachten. Online dus! Aan het eind van de les moeten ze af zijn.
Slide 13 - Slide
Huiswerk
Maak de oefentoets van Hoofdstuk 3. Online wederom!
Check of je ALLE opdrachten van Hoofdstuk 3 verbeterd hebt.