Les 3: Grootheden, eenheden en voorvoegsels

1 / 21
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Les 3: Grootheden, eenheden en voorvoegsels

  • Huiswerk nakijken
  •  Uitleg: grootheden, eenheden en voorvoegsels
  • Quiz
  • Zelf aan de slag

Slide 4 - Slide

Huiswerk nakijken
Pak je boekje erbij

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Planning en huiswerk
Huiswerk: 3.1 t/m 3.3 én opdrachten p4

Slide 9 - Slide

Leerdoelen
1.3.1.      Je kunt beschrijven wat een grootheid is en je kan er drie voorbeelden van noemen.
1.3.2.      Je kunt beschrijven wat een eenheid is en je kan er drie voorbeelden van noemen.
1.3.3.      Je kent de grootheden en bijbehorende eenheden (incl. symbolen) die we dit jaar bij natuurkunde gebruiken.
1.4.1.      Je kan eenheden omrekenen met voorvoegsels van micro t/m mega
1.4.2.      Je kan tijden omrekenen van seconden t/m jaar

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Grootheden en eenheden
Een grootheid is iets wat je kunt meten. 
Een eenheid is waarin je dat meet. Achter het cijfer komt de eenheid. 
Bijvoorbeeld, ik meet de afstand in meters. De afstand is 3 meter. 
Welke grootheden en eenheden kennen we allemaal? 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Voorvoegsels
Wanneer de getallen heel groot of heel klein worden, maken we gebruik van voorvoegsels, zoals kilo of mili. 

Slide 14 - Slide

Deze moet je kennen + micro teken
Deze is uitgebreider :)

Slide 15 - Slide

  • Hoeveel mg is 3 kg? 

Slide 16 - Slide

  • Hoeveel Mm is 600,2 mm?

Slide 17 - Slide

Hoeveel seconden zitten er in een jaar? 

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Link

Aan de slag!
  1.     https://studygo.com/nl/learn/groups/300806/join?key=1ccb774 
  2. 3.1 t/m 3.3 én opdrachten p4

Slide 20 - Slide

Leerdoelen
1.3.1.      Je kunt beschrijven wat een grootheid is en je kan er drie voorbeelden van noemen.
1.3.2.      Je kunt beschrijven wat een eenheid is en je kan er drie voorbeelden van noemen.
1.3.3.      Je kent de grootheden en bijbehorende eenheden (incl. symbolen) die we dit jaar bij natuurkunde gebruiken.
1.4.1.      Je kan eenheden omrekenen met voorvoegsels van micro t/m mega
1.4.2.      Je kan tijden omrekenen van seconden t/m jaar

Slide 21 - Slide