2324 laatste 3 lessen voor toets H1 Nederland

2324 les 1/3 voor toets H1 Nederland
1 / 32
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 32 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

2324 les 1/3 voor toets H1 Nederland

Slide 1 - Slide

Deze les
  • Video met kijkersvragen (15 min)
  • Examentraining vraag 1 Creatieve stad Eindhoven  (20 min)
  • 30 seconds (10 min)
  • Leren/vragen stellen (15 min)

Slide 2 - Slide

De toekomst van het wonen
  • Video van 8 minuten
  • Tijdens video kijkersvragen maken
  • Bespreken antwoorden

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

30 seconds 
  • Groepjes van 4 bestaande uit 2 teams van 2 personen (evt 3)
  • Per duo 30 seconden om zoveel mogelijk begrippen te beschrijven
  • Elke goed geraden begrip is 1 punt
  • Elk duo komt 2x aan de beurt (ieder raadt een keer en beschrijft een keer)
  • Duo met meeste punten wint

Slide 5 - Slide

Examentraining Eindhoven

Slide 6 - Slide

Welke algemene regel kun je uit de kaart afleiden met betrekking tot de temperatuur in de stad? Een algemene regel kun je opschrijven met een hoe-hoe-zin.

Slide 7 - Slide

Welke algemene regel kun je uit de kaart afleiden met betrekking tot de temperatuur in de stad? Een algemene regel kun je opschrijven met een hoe-hoe-zin.
Hoe verder van het centrum, hoe koeler het is. Of: Hoe dichter bij het centrum, hoe warmer het is.

Slide 8 - Slide

Veel steden kennen het hitte-eilandeffect.
Omschrijf wat dit effect is en wat de bijdrage van het stadhuis aan dit effect zal zijn.

Slide 9 - Slide

Veel steden kennen het hitte-eilandeffect.
Omschrijf wat dit effect is en wat de bijdrage van het stadhuis aan dit effect zal zijn.

De temperatuur in de stad is hoger dan in het omringende gebied. Het stadhuis draagt hieraan bij doordat het gebouw en de omgeving van steen gemaakt zijn. Dat slaat hitte op omdat er nauwelijks bomen in de omgeving zijn die zorgen voor verkoeling door verdamping.


Slide 10 - Slide

Bron 25
 
DUURZAAMHEID AWARD VOOR STADHUIS EINDHOVEN
Bij de uitreiking van de Cobouw Awards 2020 is het project ‘Renovatie en verduurzaming Stadhuis Eindhoven’ uitgeroepen tot winnaar in de categorie Duurzaamheid.
Door de verbouwing is het stadhuis van een energielabel G naar A gebracht. Het stadhuis is van het gas af en er wordt gebruikgemaakt van warmte-koude opslag. (*)
Het pand is geïsoleerd met hergebruikt materiaal, er worden zonnepanelen op het dak geplaatst.
In het nieuwe park wordt regenwater opgevangen dat vervolgens gezuiverd wordt voor gebruik in de toiletten.
In het stadhuis zitten de ambtenaren en kunnen inwoners hun rijbewijs of paspoort ophalen of aangifte van een geboorte doen.
(*) Dit is een methode om energie in de vorm van warmte of koude op te slaan in de bodem, om gebouwen te kunnen verwarmen of koelen.

Slide 11 - Slide

Een kritische burger stelt: 'Eindhoven sustainable, dat geloof je toch zelf niet! Alleen al het feit dat Eindhoven 'smart' is, zorgt ervoor dat het niet sustainable is.'
Leg uit hoe 'smart' Eindhoven de duurzaamheid in de weg staat.

Slide 12 - Slide

Leg uit hoe 'smart' Eindhoven de duurzaamheid in de weg staat.
Eindhoven is het centrum van vernieuwende technologie, maar al die computers gebruiken veel energie en dat is niet duurzaam.

Slide 13 - Slide

Beredeneer waarom de woningmarkt, speciaal die voor kleine appartementen, in Eindhoven zo oververhit is. Ga hierbij uit van de vraagzijde van de markt.

Slide 14 - Slide

Beredeneer waarom de woningmarkt, speciaal die voor kleine appartementen, in Eindhoven zo oververhit is. Ga hierbij uit van de vraagzijde van de markt.
Er zijn veel hoogopgeleide, goedbetaalde expats in Eindhoven die een woning zoeken. Zij kunnen ver boven de vraagprijs bieden. Vooral kleine appartementen zijn in trek omdat veel werknemers in de technologiesector jong / alleenstaand zijn.

Slide 15 - Slide

Huiswerk
Eventuele achterstanden opdrachten bijwerken.

Slide 16 - Slide

Deze les
  • Tips toets (2 min)
  • Type vragen (8 min)
  • Examenvraag maken en bespreken (30 min)
  • Leren/ vragen stellen (15 min)

Slide 17 - Slide

Tips toets
  • Begrippen en rijtjes
  •  Bekijk in de atlas de kaarten over Nederland m.b.t. steden (48 t/m 51). Zorg dat je ze begrijpt.
  • Type vragen

Slide 18 - Slide

Standaardformuleringen
Geef
Geef aan
Leg uit
Beredeneer
Beschrijf
Beargumenteer

Slide 19 - Slide

Standaardformuleringen
Geef
Geef aan
Leg uit
Beredeneer
Beschrijf
Beargumenteer

}
zelfde strategie

Slide 20 - Slide

Overzicht vraagsoorten

Slide 21 - Slide

GEEF

Slide 22 - Slide

GEEF 
— een kenmerk
— een voorbeeld
— een reden / oorzaak
— een effect / gevolg
— een voordeel / nadeel
— een verschil / overeenkomst
— een argument / argumentatie

Slide 23 - Slide

GEEF is vaak COMBI
Combi met geografische werkwijzen:
• Dimensies: Geef een economisch gevolg van …
• Schaal: Geef een effect op mondiale schaal

Slide 24 - Slide

GEEF AAN

Slide 25 - Slide

GEEF AAN 
Geef aan
— met welk begrip dit verschijnsel wordt aangeduid
— waarom dit verschijnsel in dat gebied wel / niet voorkomt

Steeds twee handelingen:
— duiden, noemen, kiezen, bepalen
— verklaren, beredeneren

Slide 26 - Slide

Leg uit / Beredeneer

Slide 27 - Slide

Standaardvormen
1. De aan- of afwezigheid van een verschijnsel in een gebied en/of
tijd uitleggen / beredeneren.

2. Het ontstaan van een verschijnsel uitleggen / beredeneren (als
gevolg van een ander verschijnsel)


3. Het effect of de bijdrage van een verschijnsel op / aan een ander
verschijnsel uitleggen / beredeneren.

Slide 28 - Slide

Schrijfkaders voor Leg uit, Beredeneer 

Leg uit dat X hier voorkomt 
. . . . . . . . . (oorzaak), = 1p
waardoor . . . . . . . . . . . (gevolg) = 1p
(en dus X hier voorkomt) = 0p

Leg uit / Beredeneer dat X bijdraagt aan / van invloed is op Y
Door X . . . . . . . . . (oorzaak / situatie), = 1p
waardoor / zodat . . . . . . . . . . (gevolg / conclusie) = 1p
(en dus Y beïnvloedt) = 0p

Slide 29 - Slide

Examenvraag Leefomgeving
Maken in 22,5 minuten 

Slide 30 - Slide

Verder
Leren en vragen stellen

Slide 31 - Slide

Deze les
  •  (2 min)
  • Type vragen (8 min)
  • Examenvraag maken en bespreken (30 min)
  • Leren/ vragen stellen (15 min)

Slide 32 - Slide