present simple + present continuous

Grammar


present simple & present continuous


1 / 20
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Grammar


present simple & present continuous


Slide 1 - Slide

present simple & present continuous
Present simple - tegenwoordige tijd
- Deze tijd gebruik je als iets vaak, altijd of nooit gebeurt.
- Hele werkwoord (take) of hele werkwoord +s (takes)   (SHIT REGEL)

Vaak: I usually eat fries on Thursdays.
Altijd: The lesson starts at nine o'clock.
Nooit: Anke never eats fish.

Slide 2 - Slide

present simple & present continuous
Present continuous - duurvorm tegenwoordige tijd
- Deze vorm gebruik je om te zeggen dat iets NU aan de gang is.
- am / are / is + werkwoord + ing

NU bezig: I am teaching grammar right now.




Slide 3 - Slide

Present simple 

- Deze tijd gebruik je als iets vaak, altijd of nooit gebeurt.


- Hele werkwoord (take) of hele werkwoord +s (takes)
 (SHIT REGEL)

Present continuous 

- Deze vorm gebruik je om te zeggen dat iets NU aan de gang is.

- am / are / is + werkwoord + ing

Slide 4 - Slide

Exercise 1
5x Multiple choice 
Choose the right answer; 
Present Simple or Present Continuous

Slide 5 - Slide

My grandmother ___ a sweater for me each year.
A
knits
B
is knitting
C
are knitting
D
knit

Slide 6 - Quiz

Look! The cat ___ with the dog!
A
are playing
B
is playing
C
playing
D
play

Slide 7 - Quiz

I ___ for my glasses. Do you know where they are?
A
look
B
am looking
C
are looking
D
looking

Slide 8 - Quiz

I always ___ Julian a birthday card.
A
is sending
B
send
C
sends
D
am sending

Slide 9 - Quiz

Usually, I ___ until late.
A
are sleeping
B
sleep
C
sleeps
D
am sleeping

Slide 10 - Quiz

Present simple - tegenwoordige tijd

- Deze tijd gebruik je om feiten, gewoonten en regelmatige gebeurtenissen aan te geven.

- Werkwoord (take) of werkwoord +s (takes) (SHIT REGEL)

Present continuous - duurvorm tegenwoordige tijd

- Deze vorm gebruik je om te zeggen dat iets NU bezig is of om irritatie aan te geven.

- am / are / is + werkwoord + ing

Slide 11 - Slide

Exercise 2
5x open questions
Write the right answer; 
Present Simple or Present Continuous
Only write the answer, NOT the whole sentence.

Slide 12 - Slide

Look! That boy ___ us! (watch)

Slide 13 - Open question

We always ___ to school by bus. (go)

Slide 14 - Open question

The supermarket ___ at eight. (close)

Slide 15 - Open question

He ___ the keyboards in his room now. (play)

Slide 16 - Open question

Hurry up, kids! Dad ___ the car already! (start)

Slide 17 - Open question

Present simple - tegenwoordige tijd

- Deze tijd gebruik je om feiten, gewoonten en regelmatige gebeurtenissen aan te geven.

- Werkwoord (take) of werkwoord +s (takes) (SHIT REGEL)

Present continuous - duurvorm tegenwoordige tijd

- Deze vorm gebruik je om te zeggen dat iets NU bezig is of om irritatie aan te geven.

- am / are / is + werkwoord + ing

Slide 18 - Slide

Ik begrijp wat ik moet doen bij present simple vs present continuous
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Link