Werk samen en zet de zinnen A tm K in de juiste volgorde. A en K staan al goed!
a Als het mooi weer wordt, breekt er iedere keer weer een fietsersoorlog uit op de Nederlandse fietspaden.
b Die ingrepen zijn echter helemaal niet nodig.
c Er is een simpele, degelijke oplossing: fietsers moeten zich aan de verkeersregels houden.
d Er zijn mensen die ingewikkelde maatregelen voorstellen om dit fietsprobleem op te lossen, zoals fietspaden aanleggen met gescheiden rijbanen om alle categorieën fietsers uit elkaar te houden.
e Ook dat mag niet: als hinderen al verboden is, mag je natuurlijk helemaal geen gevaar veroorzaken.
f Racers en kalm-aan-fietsers botsen namelijk, letterlijk en figuurlijk.
g Toch is dat niet zo: het mag alleen als dat het verkeer niet hindert.
h Verder zijn er fietsers die vinden dat ze altijd moeten kunnen passeren, zelfs als er geen ruimte is en andere fietsers in de verdrukking raken of bijna vallen.
i Wat die regels betreft, moeten er wel eerst wat misverstanden uit de weg geruimd worden.
j Zo denken veel fietsers dat naast elkaar fietsen een universeel mensenrecht is.
k Dat staat allemaal in de wet!