This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Kenmerken van een ontwikkelingsland zijn onder andere…
A
armoede, slechte gezondheidszorg, warm klimaat
B
economische achterstand op rijke landen en slechte gezondheidszorg
C
armoede, slecht onderwijs en slechte gezondheidszorg
D
veel criminaliteit, hoog geboortecijfer en slechte infrastructuur
Slide 5 - Quiz
Wat is geen kenmerk van een ontwikkelingsland?
A
ondervoeding
B
analfabetisme
C
ongelijke inkomensverdeling
D
hoog nationaal inkomen per hoofd van de bevolking
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Slide
Mali heeft een monocultuur. Wat is het kenmerk van een monocultuur
A
De export brengt maar weinig geld op
B
De export is extra gevoelig voor prijsschommelingen
C
De import is extra gevoelig voor prijsschommelingen
D
De import kost veel geld
Slide 8 - Quiz
Wat is geen nadeel van een monocultuur?
A
Bij een misoogst heb je minder of geen inkomsten
B
Als de vraag daalt op de wereldmarkt, dan heb je minder of geen inkomsten
C
je bent afhankelijk van maar 1 of enkele exportproducten
D
Vaak zijn het onbewerkte grondstoffen en die leveren bij export minder op dan industriële producten
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Slide
Wat is geen oorzaak van economische achterstand?
A
Gebrek aan goed onderwijs
B
Slechte infrastructuur
C
Corrupte regering
D
Veel technische kennis
Slide 11 - Quiz
Inkomen per hoofd van de bevolking
Noodhulp
Ontwikkelingslanden
Structurele hulp
De oorzaak van het ene probleem is een gevol van een ander probleem. Met hulp van buitenaf kan het worden doorbroken.
Landen met een grote economische achterstand op rijke westerse landen
Hulp in noodsituaties, zoals geven van voedsel, medicijnen. Met als doel op korte termijn de mensen te laten overleven
Vicieuze cirkel
Hulp aan ontwikkelingslanden om de oorzaken van armoede te bestrijven en de landen economisch zelfstandig te maken. Deze hulp is gericht op lange termijn
Het gemiddelde inkoper per inwonter van een land
Slide 12 - Drag question
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Hulp die een land rechtstreeks geeft aan een ontwikkelingsland.
De verhouding tussen de prijs van exportproducten en de prijs van de importproducten.
Ontwikkelingslanden zijn voor hun exportinkomsten afhankelijk van een of enkele (landbouw)producten.
Deze bank heeft als belangrijkste taak omtwikkelingslanden te helpen met leningen. De Wereldbank is een onderdeel van de Verenigde Naties.
Monocultuur
Ruilvoet
Wereldbank
Bilaterale hulp
Slide 15 - Drag question
Wat is een ruilvoet?
A
Van ruilen komt huilen
B
Ziekte aan je voeten omdat je te hard moet werken
C
De verhouding tussen de prijs van export- en importproducten
D
De prijs die ontwikkelingslanden krijgen voor hun producten
Slide 16 - Quiz
Ruilvoet is verhouding tussen import en export. Wanneer verbetert de ruilvoet?
A
Exporthoeveelheid daalt en importhoeveelheid stijgt
B
Exporthoeveelheid stijgt en importhoeveelheid daalt
C
Exportprijs daalt en importprijs stijgt
D
Exportprijs stijgt en importprijs daalt
Slide 17 - Quiz
Bij een Monocultuur heeft negatief effect op de ruilvoet