Grammatica woordsoorten H1- wederkerend en wederkerige vnw

Grammatica woordsoorten H1

je weet wat het wederkerend en wederkerig voornaamwoord is en kunt ze benoemen.
blz. 30
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 10 slides, with text slides.

Items in this lesson

Grammatica woordsoorten H1

je weet wat het wederkerend en wederkerig voornaamwoord is en kunt ze benoemen.
blz. 30

Slide 1 - Slide

herhaling woordsoorten

  • azn-czn-zne
  • bn (stoffelijk)
  • zww-kww-hww
Blz 262 in je leerwerkboek

  • olw-blw
  • vnw: bez, pers, vrag, aanw, onbep
  • vz
  • bw


Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Aan de slag
Korte herhaling woordsoorten (zie whiteboard)
Maak van blz. 30 en 31 opdracht 1, 2 en  4
Weet je een woordsoort niet? Kijk achterin je boek H 'De Brug' bij grammatica woordsoorten 
Klaar? Lezen
timer
15:00

Slide 4 - Slide

Opdracht 1 blz. 31
1
jij - pers.vnw
zich - wed.vnw
hem - pers.vnw
2
Ik - pers.vnw
me - wed.vnw
mijn - bez.vnw
3
We - pers.vnw
ons - wed.vnw
jouw - bez.vnw

4 Je - pers.vnw
je - wed.vnw
je - pers.vnw
je - wed.vnw
ons - pers.vnw
5
zijn - bez.vnw
hij - pers.vnw
zichzelf - wed.vnw
6
jezelf - wed.vnw
jullie - pers.vnw
je - pers.vnw
jullie - bez.vnw

Slide 5 - Slide

opdracht 2 blz. 31
1 We hebben ons (wed.vnw) flink ingespannen om ons (bez.vnw) werkstuk op tijd af te krijgen.
2 Els, heb jij (pers.vnw) Koen wel verteld waarom je (pers.vnw) niet met hem (pers.vnw) wilt samenwerken?
3 Hebben jullie je (wed.vnw) ooit afgevraagd wat jullie (pers.vnw) je vrienden aandoen met jullie/je (bez.vnw) gedrag?
4 Zijn de koningin en haar (bez.vnw) man al lang met elkaar (wedig.vnw) getrouwd?
5 ‘Meneer Haver, u (pers.vnw) moet zich (wed.vnw) realiseren dat de leerlingen uw (bez.vnw) vak minder leuk gaan vinden als u (pers.vnw) zo streng voor hen (pers.vnw) bent’, schreef mevrouw Koek in haar (bez.vnw) advies.
6 Zodra hij (pers.vnw) de toets had ingeleverd, verdiepte Chiel zich (wed.vnw) weer in zijn (bez.vnw) leesboek.

Slide 6 - Slide

Opdracht 4 blz. 31

1 Pyramus en zijn buurmeisje Thisbe zijn (kww) verliefd (bn) op elkaar (wedig.vnw).
2 Ze zouden graag trouwen, maar hun vaders verbieden dit (aanw.vnw).
3 Gelukkig (bw) is (hww) er tijdens (vz) de bouw een spleet ontstaan (zww) in de muur tussen (vz) hun (bez.vnw) huizen.
4 Daardoor kunnen (hww) de geliefden toch (bw) communiceren (zww).
5 Op zekere (onbep.vnw) dag besluiten ze af te spreken bij de moerbeiboom.

Slide 7 - Slide

6 Bij aankomst (azn) ziet Thisbe een leeuwin met een (olw) bebloede muil (czn). 
7 Ze vlucht een grot in, maar verliest haar (bez.vnw) sluier.
8 De leeuwin verscheurt (zww) die (aanw.vnw).
9 Wanneer Pyramus (zn-e) arriveert, ziet hij in het (blw) zand sporen van de leeuwin en Thisbes bebloede (bn) sluier.
10 Hij (pers.vnw) denkt dat ze is opgegeten en berooft zich (wed.vnw) met zijn zwaard van het leven.

Slide 8 - Slide

11 Teruggekomen bij (vz) de moerbei ziet Thisbe haar dode geliefde (czn) en ook zij (pers.vnw) kiest (zww) voor de dood (azn).
12 Na de crematie bewaren de (blw) wederzijdse (bn) ouders de as van beide jongeren in één urn.
13 Zo kunnen (hww) ze (pers.vnw) alsnog samen zijn (kww).

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link