Start H2 Cultuur van de Kerk, Historisch, Beeldende kunst en Architectuur
Cultuur van de Kerk
H2 Cultuur van de kerk
Elfde tot en met de veertiende eeuw (Middeleeuwen)
Toets periode 3 (H2 en H7)
1 / 15
next
Slide 1: Slide
KunstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Cultuur van de Kerk
H2 Cultuur van de kerk
Elfde tot en met de veertiende eeuw (Middeleeuwen)
Toets periode 3 (H2 en H7)
Slide 1 - Slide
Cultuur van de Kerk
Waar denk je aan bij deze titel?
Wat zien we hiervan nog terug in ons dagelijks leven?
Slide 2 - Slide
Historische context
We bekijken het filmpje 'Historische context' uit de Bespiegeling Opdrachtenboek.
Opdracht: Noteer zoveel mogelijk begrippen die in het filmpje genoemd worden en probeer de betekenis te beschrijven.
Slide 3 - Slide
Sainte-Foy, Conques, Frankrijk
Timpaan met Laatste oordeel
- Verschil links en rechts
- Onderdeel architectuur
- Voorheen beschilderd
Wat zie je?
Slide 4 - Slide
2.1 Kloosters
Timpaan en kapitelen
Relief
Niet realistisch
Verhoudingen kloppen niet
Doel?
Boodschap overbrengen
Geen technische hoogstandjes
Slide 5 - Slide
Romaans
Gotiek
Welke verschillen zie jij?
Slide 6 - Slide
Romaans
Gotiek
Slide 7 - Slide
Oorsprong Romaans
Romeinse basilica wordt aangepast. Toevoeging dwarsschip: kruisvorm
‘Romaans’ komt van ‘Romeins’. Doet Romeins aan vanwege de rondbogen en dikke muren.
Veel toegepast op kloosterkerken. Kloosterleven is in afzondering -> gesloten karakter van kloosterkerken.
Saint-Sernin, Toulouse, Frankrijk, ca. 1080-1120
Basilica van Constantijn, Trier, Duitsland, 310
Slide 8 - Slide
Romaans
Constructiebouw: gewicht van het dak wordt door dikke, massieve muren gedragen.
Kenmerken:
Dikke muren: massief en gesloten
Kleine ramen: donker
Rondbogen
Tongewelf >>>
Horizontaal karakter
1000 - 1200 na Chr.
Slide 9 - Slide
Oorsprong Gotiek
Door de welvaart en stabiliteit in de hoge middeleeuwen groeit de bevolking. Door erediensten geloof toegankelijker maken.
Ook door pelgrimstochten zijn grotere (pelgrims)kerken nodig.
Kerk is 'stukje hemel op aarde': torens reiken naar de hemel, het 'Goddelijk Licht' valt door glas-in-loodramen naar binnen.
Ontstaat in Noord-Frankrijk.
Abt Suger: ‘We zochten naar architectuur van het licht die de beschouwer van het materiële naar het goddelijke moest verheffen’.
God = licht. Licht is de essentie van schoonheid.
Slide 10 - Slide
Gotiek
Skeletbouwconstructie: skelet draagt het gewicht (niet de muren), gewicht wordt afgeleid door kruisribgewelf, pilaren, luchtbogen en steunberen (en pinakels).
Kenmerken:
Dunnere muren: open en sierlijk
Grote glas-in-loodramen, roosvensters
Spitsbogen
Kruisribgewelf>>>
Verticaal karakter
1150 - 1500 na Chr.
Slide 11 - Slide
Tongewelf Kruisgewelf Kruisribgewelf
(Rom.) (Got.)
Soorten gewelven
Slide 12 - Slide
ROMAANS
GOTIEK
DUNNERE MUREN
DIKKE MUREN
SPITSBOGEN
RONDBOGEN
GROTE VENSTERS
KLEINE VENSTERS
KRUISRIBGEWELF
SKELETBOUW
TONGEWELF
HORIZONTAAL GEBOUWD
VERTICAAL GEBOUWD
STEUNBEREN
PINAKEL
LUCHTBOGEN
GESLOTEN, DONKER, MASSIEF
OPEN EN SIERLIJK
Slide 13 - Drag question
Opdrachten
1. Maak een begrippenlijst bij 2.1:
- Lees 2.1 (blz. 22 t/m 28):
Noteer in je schrift de begrippen (met blauwe stippellijn). Schrijf de betekenis erachter (zoek op in tekstboek blz. 248 t/m 266)
2. Maak de volgende opdrachten van H2 uit het Opdrachtenboek: