What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Bloed en stolling
1 / 29
next
Slide 1:
Slide
Anatomie, fysiologie, pathologie en farmacologie
MBO
Studiejaar 3
This lesson contains
29 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
2 videos
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
wat zijn de Nederlands betekenissen voor: trombocyten/leukocyten en erytrocyten?
Slide 2 - Open question
Waar worden bloedcellen gevormd?
A
Milt
B
Rode beenmerg
C
Hart
D
Gele beenmerg
Slide 3 - Quiz
Wat is de belangrijkste taak van de erythrocyten?
A
Vervoeren van zuurstof
B
Ziekteverwekkers doden
C
Bloed laten stollen
Slide 4 - Quiz
Trombocyten zorgen voor:
A
antistolling van het bloed
B
vervoer van eiwitten
C
stolling van het bloed
D
aanmaak van beenmerg
Slide 5 - Quiz
Wat is de belangrijkste taak van de leukocyten?
A
Zuurstof vervoeren
B
Ziekteverwekkers doden
C
Bloed laten stollen
Slide 6 - Quiz
Uit hoeveel % plasma bestaat bloed?
A
10
B
100
C
35
D
55
Slide 7 - Quiz
Wat zit er in plasma?
A
electrolyten en witte bloedcellen
B
eiwitten, electrolyten
C
antistoffen, eiwitten en erytrocyten
D
leucocyten, erytrocyten en trombocyten
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Slide
Bij welke bloedgroep zijn er geen antistoffen
A
A
B
0
C
B
D
AB
Slide 10 - Quiz
Welke bloedgroep heeft de universele donor?
A
0-
B
O+
C
AB-
D
AB+
Slide 11 - Quiz
En de universele ontvanger?
A
O-
B
O+
C
AB-
D
AB+
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Video
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Drag question
Slide 16 - Drag question
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Anti -B
=
Antistof B
=
Antistoffen tegen Antigeen B
Slide 20 - Slide
Iemand met bloedgroep A,
heeft antigeen A
en maakt automatsich antistoffen aan tegen antigeen B
Slide 21 - Slide
negatief of positief?
de resusfactor is ook een antigeen dat aan de oppervlakte van je rode bloedcellen kan zetten net als A / B.
Ben je resuspositief dan heb je dat antigeen.
84% = resuspositief
Slide 22 - Slide
Kan een resusnegatief persoon bloed geven aan een resuspositief persoon?
Slide 23 - Open question
Klontert
Zonder gevaar mogelijk
Bloedgroep A ontvangt van bloedgroep AB
Bloedgroep B ontvangt van bloedgroep 0
Bloedgroep AB ontvangt van bloedgroep A
Bloedgroep 0 ontvangtvan bloedgroep AB
Slide 24 - Drag question
Slide 25 - Video
Wat zorgt ervoor dat er draden ontstaan.
A
Rode bloedcellen
B
Witte bloedcellen
C
Bloedplasma
D
Bloedplaatjes
Slide 26 - Quiz
Hoe heet de stof die ontstaat na deze omzetting?
A
hemaglobine
B
Ferritine
C
Fibrine
D
Fibrinogeen
Slide 27 - Quiz
De bloedplaatjes en bloedcellen blijven hangen in.
A
Een netwerk van witte bloedcellen
B
Fibrinedraden
C
Draden van bloedplaatjes
D
Een netwerk van rode bloedcellen
Slide 28 - Quiz
Hoe vonden jullie deze les
Slide 29 - Open question
More lessons like this
12.4 Bloedgroepen
June 2022
- Lesson with
32 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
12.4 dl2 + pract. bloedgroepen
November 2023
- Lesson with
21 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
16.5 Lichaamsvreemde eiwitten wel/ niet accepteren
March 2024
- Lesson with
19 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
12.3 dl2 + 12.4 Bloedgroepen dl1 klassikaal/ll
November 2023
- Lesson with
25 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
Domein B5: Afweer van het organisme
May 2023
- Lesson with
45 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
12.3 dl2 + 12.4 Bloedgroepen dl1
May 2023
- Lesson with
23 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
21.5 Lichaamsvreemde eiwitten wel/ niet accepteren 6V 2122
June 2022
- Lesson with
20 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
Bloed en bloedgroepen
November 2023
- Lesson with
25 slides
Fysiologie
MBO
Studiejaar 1