Spelling - bijvoeglijk naamwoord

Lesprogramma
Taalverzorging B (15)
Aan de slag! (25)
Bespreken + plenda (10)


Doel van de les: Ik kan bijvoeglijke naamwoorden correct spellen (verbogen/onverbogen, werkwoord als bn en trappen van vergelijking)
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Lesprogramma
Taalverzorging B (15)
Aan de slag! (25)
Bespreken + plenda (10)


Doel van de les: Ik kan bijvoeglijke naamwoorden correct spellen (verbogen/onverbogen, werkwoord als bn en trappen van vergelijking)

Slide 1 - Slide

Wat is ook alweer een bijvoeglijk naamwoord?

Slide 2 - Open question

Het spellen van een bijvoeglijk naamwoord
De meeste bijvoeglijke naamwoorden weet je zo wel te spellen. 
Bijv. De rode auto. De auto is rood.

Soms moet je medeklinkers verdubbelen of moet je een klinker weghalen.
Bijv. De telefoon is kapot. De kapotte telefoon.
     Het trapje is geel. Het gele trapje.

Soms moet je een -f in een -v veranderen of een -s in een -z.
bijv. braaf => brave     grijs => grijze     achteloos => achteloze



Slide 3 - Slide

Het spellen van een bijvoeglijk naamwoord
Sommige bijvoeglijke naamwoorden schrijf je met een trema. Daarmee geef je aan dat bij die klinker een nieuwe lettergreep begint. bijv. financiële, industriële, coördinerende

Stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden moet je in twee groepen verdelen; oude en nieuwe stoffen.

Oude stoffen eindigen op - en 
bijv. houten, loden, ijzeren, gouden, papieren, stenen

'Nieuwe stoffen' krijgen geen uitgang:
bijv. plastic, aluminium, polyester, nylon, latex, bamboe, fleece


Slide 4 - Slide

Het spellen van een bijvoeglijk naamwoord
Je kan ook bijvoeglijke naamwoorden van werkwoorden maken. Het werkwoord staat dan in de vorm van het voltooid of onvoltooid deelwoord. Ook schrijf je het zo kort mogelijk! Blijf wel op de uitspraak letten.

Voltooid
Het gevonden voorwerp
Het geslaagde feestje
De gesloopte doos
De bezwete man (niet bezweette)
Het geschatte bedrag (niet geschate)



Onvoltooid
De rennende koeien
Het schitterende uitzicht
De huppelende meiden
Het draaiende spinnewiel

Slide 5 - Slide

Trappen van vergelijking

Slide 6 - Slide

Wat is het bijvoeglijk naamwoord van
kwaad?
De .... man loopt weg.

Slide 7 - Open question

Wat is het bijvoeglijk naamwoord van half?
Hij gaf mij een ... chocoladereep.

Slide 8 - Open question

Wat is het bijvoeglijk naamwoord van plastic?
Hij heeft een ... tas.

Slide 9 - Open question

Wat is het bijvoeglijk naamwoord van België?
Hij heeft de ... nationaliteit.

Slide 10 - Open question

Wat is het bijvoeglijk naamwoord van serieus?
Hij stelde een ... vraag.

Slide 11 - Open question

Aan de slag!
Wat? Maken opdracht 2, 3, 4, 5 en 6 van Taalverzorging B
Hoe? Oefenboek blz. 110, handboek blz. 178, antwoorden in schrift!
Tijd? 25 minuten
Hulp? 15 minuten zelfstandig, dan samenwerken
Klaar? Opdracht 8 maken

Slide 12 - Slide