Inleiding, middenstuk en slot

Inleiding, middenstuk en slot
TH1G, 30 januari 2023
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Inleiding, middenstuk en slot
TH1G, 30 januari 2023

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Na deze les...
  • hebben we samen gelezen in een boek
  • heb je kritisch naar elkaar teksten gekeken
  • kun je inleiding, middenstuk en slot van een tekst herkennen

Slide 3 - Slide

Waar komt jouw naam vandaan?

Slide 4 - Slide

Tijd om te lezen...
timer
10:00

Slide 5 - Slide

Ik heb het huiswerk (verslag) gemaakt en heb het nu bij me
JA
NEE

Slide 6 - Poll

kennismaking met het onderwerp door een anekdote, maakt je nieuwsgierig
grootste gedeelte van de tekst, meeste informatie over het onderwerp, bestaat uit verschillende deelonderwerpen 
belangrijkste uit de tekst wordt herhaald, toekomstverwahting, niet aanwezig in nieuwsberichten
Inleiding
Middenstuk
Slot

Slide 7 - Drag question

Inleiding, middenstuk en slot
Als je een tekst goed wil begrijpen, is het handig om te weten uit welke gedeeltes een goede tekst bestaat. Je kunt dan makkelijker weten waar je bij het zoekend lezen informatie kan vinden. 
  • Inleiding = eerste gedeelte van de tekst: kennismaken met het onderwerp, vaak een voorbeeld of een (grappig) verhaaltje (anekdote). De inleiding maakt je nieuwsgierig naar de rest van de tekst en bestaat meestal uit één alinea. 
  • Middenstuk = grootste gedeelte van de tekst: informatie over het onderwerp, verschillende deelonderwerpen worden besproken.
  • Slot = laatste deel: meestal de laatste alinea, herhaling van het belangrijkste en soms wordt er naar de toekomst gekeken. Nieuwsberichten hebben vaak geen slot! 

Slide 8 - Slide

This video is no longer available
Welke video was dit?

Slide 9 - Slide

Zelfstandig werken
Lees Tekst 4 (blz 94)
Maak Opdracht 4 (blz 93)
Dit is het huiswerk voor de volgende les 
Geef antwoord in hele, goedlopende Nederlandse zinnen die beginnen met een hoofdletter en eindigen met een punt
De docent geeft aan wanneer jullie zachtjes mogen overleggen

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Link

Welk woord past in het raadgedicht?

Slide 12 - Open question

Lesafsluiting
Huiswerk = opdracht 4 (blz 93)
Volgende les: oefenen met leesvaardigheid

Slide 13 - Slide

Nakijken en controleren huiswerk
  1. waar
  2. Het middenstuk begint bij alinea 2 (hier begint de uitleg van wat Sjoerd als vrijwilliger in het park doet)
  3. het slot begint bij alinea 5 (hier sluit de tekst af met wat het vrijwilligerswerk voor Sjoerd oplevert en wat hij in de toekomst wil doen)
  4. Dat weet je aan het eind van de eerste alinea. De op een na laatste zin maakt dat duidelijk ‘Nu is hij (Sjoerd) al vier jaar vrijwilliger’ (in het park). De laatste zin is een vraag waarop de tekst antwoord geeft: Wat doet hij als dierenverzorger in het park?
  5. Lievelingsdieren, alinea 3, Werkzaamheden, alinea 2, Uilenballen vegen, alinea 4
  6. Alinea 2: klusjes, Alinea 4: opdracht, Alinea 5: werkzaamheden
  7. In de laatste alinea staat dat Sjoerd door het werken in het park zijn eigen baardhagedissen kan onderhouden. Dat doet vermoeden dat hij voer en andere benodigdheden voor het terrarium van het park in ruil voor zijn vrijwilligerswerk krijgt.
  8. Dat hij de hagedissen in zijn eigen terrarium te eten kan geven.
  9. Dat blijkt uit de laatste zin: ‘Sjoerd weet zeker dat hij later dierenverzorger wil worden.’

Slide 14 - Slide