1.4 Het Romeinse Rijk

Kenmerkende Aspecten Klassieke Oudheid:
  • De ontwikkeling van het wetenschappelijk denken en het denken over burgerschap en politiek in de Oudheid
  • De klassieke vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur
  • De groei van het Romeins imperium waardoor de Griekse-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde
  • De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur van Noordwest-Europa
  • De ontwikkeling van het jodendom en het christendom als eerste monotheïstische godsdiensten
1 / 23
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,5,6

This lesson contains 23 slides, with text slides and 6 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Kenmerkende Aspecten Klassieke Oudheid:
  • De ontwikkeling van het wetenschappelijk denken en het denken over burgerschap en politiek in de Oudheid
  • De klassieke vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur
  • De groei van het Romeins imperium waardoor de Griekse-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde
  • De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur van Noordwest-Europa
  • De ontwikkeling van het jodendom en het christendom als eerste monotheïstische godsdiensten

Slide 1 - Slide

Ontstaan en uitbreiden van het Romeinse Rijk
  • imperium opgebouwd vanaf 3e eeuw v. C.
  • elementen: veiligheid, macht, roem, inkomsten, slaven
  • middelen: diplomatie en leger (> wegen)
  • Romanisering bevorderd door: 
  • 1. relatieve tolerantie
  • 2. elite opnemen in bestuursstructuur
  • 3. veteranen vestigden zich in overwonnen gebieden 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

bestuur tijdens de Republiek (tot 27 v Chr)
  • Senaat (patriciërs, 'nobiles')
  • 2 consuls (vetorecht)
  • volksvergaderingen (burgerrecht)
  • 10 volkstribunen (plebejers)
  • patronagesysteem (cliënten)
  • Vanaf 27 v.Chr: 
  • Keizerrijk (Augustus)

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

het Romeinse keizerrijk

  • Caesar: dienaar van het volk of tiran? 
  • groot prestige opgebouwd >
  • consul voor het leven >
  • vermoord door senatoren (44 v.C)
  • na machtsstrijd: Octavianus >
  • begin keizerrrijk:
  • Augustus (27-14) 

Slide 7 - Slide

Keizer Augustus 'de Verhevene'
  • opperbevelhebber 
  • benoeming bestuurders
  • senaat minder machtig
  • begin 'Pax Romana':
  • ondanks opstanden, samenhang Rijk niet bedreigd
  • 1e twee eeuwen (0 - 200)
  • daarna verval van de macht >
  • einde Romeinse Rijk (476 n Chr)
  • begin Middeleeuwen)

Slide 8 - Slide

Even lachen....

Slide 9 - Slide

0

Slide 10 - Video

verspreiding Grieks-Romeinse cultuur
  • vooral in westelijk deel van het Romeinse Rijk: onderontwikkeld
  • elementen: tempels/triomfbogen/standbeelden/bestuursgebouwen
  • Gallië: schrift/muntgeld/badhuizen/cv
  • goden in mensengedaanten/Latijn/kleding/eten

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Badhuis in Bath (Eng)
centrale verwarming

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Nehalennia altaar
  • Grafaltaar van een Romeinse soldaat,
  • in Gallië
  • Germaanse godin van zeelieden, vruchtbaarheidsgodin en beschermvrouwe van huis en haard
  • (omgekeerde) romanisering
  • Romeinse elementen:
  • Latijns/kleding/zuilen, maar:
  • Germaanse godin 

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Einde van het West-Romeinse Rijk
  • na Pax Romana bestuurlijke chaos, vanaf 285 al begin opsplitsing
  • vanaf 395 Rijk defintief opgesplitst (dood Theodosius):
  • - West-Romeinse Rijk, hoofdstad Rome (Latijns)
  • - Oost-Romeinse Rijk, hoofdstad Constantinopel (Griekstalig)
  • geleidelijke ontwikkeling
  • geen absolute scheiding twee delen Romeinse Rijk

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Oorzaken val West-Romeinse Rijk

  1. te groot in combinatie met machtsstrijd
  2. hoge belastingdruk boeren > leegloop platteland
  3. inflatie (door lager zilvergehalte munten)
  4. invallen vreemde volken, oorlog
  5. Germaanse onderdanen nemen grensgebieden over >>>>>>>>>    Odoaker verdrijft Romulus Augustinus (476)


Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

het Oost-Romeinse Rijk
  • 330: Constantijn sticht 'Nieuwe Rome' (Byzantium, 667 v. Chr.)
  • handels- en bestuurscentrum
  • Christelijke hoofdstad, Hagia Sophia olv patriarch
  • 1054: Oosters Schisma
  • vaak machtsstrijd met islamitsche rijk 
  • relatief grote welvaart / goed leger en bureaucratie 
  • goede greep op de kerkelijke organisatie > eenheid
  • 1453: Mehmet II verovert Constantinopel > Istanbul


Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video