Debatles groep 8

Kerst is mijn favoriete feestdag
Staan = eens
Zitten = oneens
1 / 11
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 8

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Kerst is mijn favoriete feestdag
Staan = eens
Zitten = oneens

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je nog van debatteren?

Bedenk met je groepje 4 dingen en schrijf ze op je wisbordje

Slide 2 - Slide

met ijslollystokjes namen trekken van die mogen voorlezen
Ik leer hoe ik een stelling maak, hoe ik argumenten bedenk en hoe ik een debat voer. 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat is een stelling?
Een stelling is een formulering van een mening. 

Slide 4 - Slide

Hoe maak je een stelling?
timer
6:00
Wat maakt een stelling goed?

Slide 5 - Mind map

chromebooks pakken en code invoeren. opzoeken op internet wat een stelling goed maakt, waar aan voldoen?
Criteria
  • Je moet er iets van kunnen vinden.
  • De stelling moet duidelijk zijn.
  • Dus ook geen woorden zoals soms, misschien, af en toe.
  • Een stelling mag hard zijn, je moet er een mening over kunnen vormen.
  • Een stelling moet positief gevormd zijn, dus geen woorden als niet of nooit.
  • Er mogen geen argumenten in staan, die moet je zelf bedenken. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Onderwerpen
1. Klimaatsverandering
2. Snipperdagen voor leerlingen
3. Leeftijdsgrenzen voor films en series
4. Social Media 
5. Gezonde snacks
6. Dieren
timer
5:00

Slide 7 - Slide

We gaan nu zelf stellingen bedenken 
Hoe zoek je ook al weer op internet? Welke site kan je wel en welke niet gebruiken?


Welke stelling hebben jullie bedacht?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Argumenten bedenken
In je groepje bedenk je argumenten voor de stelling. Je bedenkt er minstens 3. Onthoud ze, zodat je ze in het debat kan gebruiken. 

timer
10:00

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Debatteren
Ga in de kring zitten, voorstanders bij elkaar en tegenstanders bij elkaar.
Als je wat wilt zeggen, steek je je vinger op. Dan krijg je een beurt.  

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting

Slide 11 - Slide

This item has no instructions