Paragraaf 6.3 KB

Schoolregels

Voor de les:
  • Naar de WC
  • Petje af
  • Oortjes uit
  • Kauwgom uit
Klasregels

  • We gaan op een respectvolle manier met elkaar om
  • We blijven van elkaar EN van elkaars spullen af
  • Je blijft op je plek zitten
  • We houden het lokaal netjes
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Schoolregels

Voor de les:
  • Naar de WC
  • Petje af
  • Oortjes uit
  • Kauwgom uit
Klasregels

  • We gaan op een respectvolle manier met elkaar om
  • We blijven van elkaar EN van elkaars spullen af
  • Je blijft op je plek zitten
  • We houden het lokaal netjes

Slide 1 - Slide

Planning vandaag
  1. Opening (5min)
  2. Terugblik 6.3 afzet en omzet (10min)
  3. Vervolg 6.3 marktaandeel en nettoresultaat (20min)
  4. Zelfstandig werken (25min)
  5. Afsluiting (5min)


Slide 2 - Slide

In deze les leer je:
  • Wat het verschil is tussen afzet en omzet en hoe je de omzet berekent;
  • Wat een marktaandeel is;
  • Wat het nettoresultaat is en hoe je dit berekent.

Slide 3 - Slide

Hoe zit het ook alweer?
Je verkoopt deze maand 3.200 snacks. De verkoopprijs is € 2,75 per stuk. 
Hoeveel is deze maand:
- Je afzet?     ...
- Je omzet?  ... 
timer
2:00

Slide 4 - Slide

Afzet en omzet
Afzet =
Aantal producten dat je verkoopt
Omzet =
Opbrengst van de verkoop

Slide 5 - Slide

Omzet berekenen
De hoogte van de omzet hangt af van?
  • De afzet
  • De verkoopprijs

  • Je berekent de omzet als volgt:
  • Omzet (verkoopopbrengst) = afzet x verkoopprijs

Slide 6 - Slide

Marktaandeel
Hoe groot is mijn aandeel op de markt ?

Op basis van:
  • Jouw afzet in procenten van de totale afzet op de markt OF
  • Jouw omzet in procenten van de totale omzet op de markt

  • Waarom is dit voor bedrijven belangrijk om te weten?

Slide 7 - Slide

Het nettoresultaat
  • Omzet (afzet x verkoopprijs)
  • Inkoopwaarde -
  • Brutowinst
  • Bedrijfskosten -
  • Nettoresultaat

Slide 8 - Slide

Voorbeeld

Omzet 
Inkoopwaarde -
Brutowinst
Bedrijfskosten -
Nettoresultaat
Gamegate heeft € 15.800 omzet behaald. De inkoopwaarde van de games was € 6.700. De personeelskosten zijn € 2.900. De huur van het gebouw is € 1.600. De overige kosten zijn 
€ 1.700.

a. Bereken de brutowinst.
...
b. Bereken het nettoresultaat.
...

Slide 9 - Slide

Aan de slag
Wat? Par 6.3 opdracht 6, 7, 10 en 11
Hoe? Boek!
Eerste 10 minuten zelfstandig stil daarna fluisteren
Hulp? Na 10 minuten hand opsteken ajb
Tijd? Ongeveer 20 minuten
Doel? Opdrachten af tijdens de les
Klaar? Laat je antwoorden nakijken (Rogier)
timer
10:00
timer
10:00

Slide 10 - Slide

Bloemen zijn op Valentijnsdag meestal duurder dan anders doordat het aanbod / de vraag groter is dan normaal
A
Het aanbod
B
De vraag

Slide 11 - Quiz

Afzet is de opbrengst van
de verkoop €
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quiz

Het nettoresultaat is
A
Afzet x verkoopprijs
B
Omzet - inkoopwaarde
C
Verkoopprijs + btw
D
Brutowinst - bedrijfskosten

Slide 13 - Quiz

Huiswerk
Par 6.3 opdracht 6, 7, 10 en 11


Slide 14 - Slide