les 2 2TH K7 t/m 9 - grammatica & woordenschat

opkikkertje                               
Open je lesboek B blz. 42/43
Vul op de kopie het juiste persoonlijke voornaamwoord in de 4e naamval in, waar op de streep nog niets staat.
timer
3:00
1 / 10
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 10 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

opkikkertje                               
Open je lesboek B blz. 42/43
Vul op de kopie het juiste persoonlijke voornaamwoord in de 4e naamval in, waar op de streep nog niets staat.
timer
3:00

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

les 2 E Grammatik 1 & B Wortschatz
2HV K7 Wohnen 
Was ist auf dem
Foto?

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
  1. Je weet dat volgende week een toets komt over de grammatica K7 en de woordjes.
  2. Je kent de 8 vertalingen van de persoonlijke voornaamwoorden als lijdend voorwerp (oftewel 4e naamval)
  3. Je kent voorzetsels, waarop altijd de 4e naamval volgt.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Het grote lijden - Das große Leiden.
  • Wer bin ich/mich? (Wie ben ik/me?)
  • Wir/Uns hören er/ihn?  (Wij/ons horen hij/hem)
  • Wat zijn voorzetsels? - Noem Nederlandse voorbeelden!
  • Bij de volgende voorzetsels moet je in het Duits altijd de 4e naamval gebruiken:
  • durch                   um
  • für                        bis
  • ohne                    gegen

timer
5:00

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

AAN DE SLAG - E Grammatik & B Wortschatz
Lees de uitleg blz. 44 t/m 47 in het groene kader en maak:
E Grammatik  Ü 22, 23, 24, 25

LATEN ZIEN
lb blz. 53 Ü36 maar dan anders:
Teken een plattegrond van je kamer en schrijf de Duitse benamingen aan de meubles met lidwoord (bijv. die Tür)


timer
20:00

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Link

This item has no instructions

overhoringsoefening (lb blz. 61/62)
  • das Bein
  • das Buch
  • das Mädchen
  • der Löffel
  • der Vater
  • der Vogel
  • die Gabel 
  • die Suppe

Er verschijnt een woord uit de woordenlijst, welke meervoud hoort erbij?
  • die Kuh
  • die Stadt
  • der Zahn
  • das Hobby
  • das Jahr
  • der Lehrer
  • die Lehrerin

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie - Kun jij het al?
Übersetze: voor Uw, tegen jou, zonder haar, om ons, door jullie 

Huiswerk:
Lees de uitleg blz. 44 t/m 47 in het groene kader en maak:
E grammatica  Ü 22, 23, 24, 25
Begin op tijd met leren en vergeet niet: B boek!



Slide 8 - Slide

Slay

4e naamval persoonlijke voornaamwoorden
Je weet dat volgende week een toets komt over de grammatica K7 en enkele woordjes.
Je kent de 8 vertalingen van de persoonlijke voornaamwoorden als lijdend voorwerp 
Je kent voorzetsels, waarop altijd de 4e naamval volgt.







herhaling persoonlijke voornaamwoorden in de lijdende vorm + voorzetsels




Duits 2HV K6 t/m 9 les 2 Grammatik 2 + Wortschatz
17-05-2024

Kun jij het al?

zie SOM

zie sheet 5

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Wat is het voltooid deelwoord van
spielen?
A
spielt
B
gespield
C
gespielt

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions