Klas 1MH 10/03/2022

Welkom 1MHA,
Nederlands werkwoordspelling
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1-3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom 1MHA,
Nederlands werkwoordspelling

Slide 1 - Slide

boek lezen 
timer
15:00

Slide 2 - Slide

Lesprogramma
- Zelfstandig lezen (15 min)
- Uitleg bijv. nw. (15 min)
- Maken opdrachten 22, 23 en
   24 (15 min)
- Afsluiting (5 min)

Slide 3 - Slide

Regel 1
Als het voltooid deelwoord eindigt op -en, schrijf je het bijvoeglijk naamwoord ook met -en.

Slide 4 - Slide

Werkwoord = aanbieden
de ... excuses

Slide 5 - Open question

Regel 2
Als het voltooid deelwoord eindigt op een d of een t, dan krijgt het bijvoeglijk naamwoord meestal -e als uitgang.

Slide 6 - Slide

werkwoord = landen
de ... helikopter

Slide 7 - Open question

Regel 3
Een bvn dat is afgeleid van een vd schrijf je altijd zo kort mogelijk!
Alleen dd of tt als het nodig is 
voor de uitspraak.

Slide 8 - Slide

werkwoord = verkleden
de ... kinderen

Slide 9 - Open question

werkwoord = verhitten
de ... discussie

Slide 10 - Open question

         Bijvoeglijk naamwoord
                     en
Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 11 - Slide

Stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden niet op -en:
Stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden wel op -en:

Slide 12 - Slide

bijvoeglijk naamwoord
Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.

Je weet door een bijvoeglijk naamwoord meer over het zelfstandig naamwoord.


Slide 13 - Slide

Welk van de vier is een voorbeeld van een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
kleurrijke klas
B
rode bril
C
katoenen rok
D
leuke juf

Slide 14 - Quiz

Met welke twee letters eindigt een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord altijd?
A
e
B
ne
C
ee
D
en

Slide 15 - Quiz

Eén van de vier woorden is geen stoffelijk bijvoeglijk naamwoord... A, B, C of D?
A
stoffen masker
B
plastieken handschoenen
C
groene bladeren
D
marmeren keukenblad

Slide 16 - Quiz

Eén van de vier is wel een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord... A, B, C of D?
A
glazen deur
B
beige zetel
C
gele boterbloem
D
zacht dekentje

Slide 17 - Quiz

Wat heb je geleerd deze les?

Slide 18 - Mind map

Aan de slag !
Blok 3 Spelling, opdrachten 22, 23 en 24, blz. 140 en 141

is huiswerk voor maandag !


Slide 19 - Slide