This lesson contains 10 slides, with text slides and 1 video.
Lesson duration is: 40 min
Items in this lesson
Can you describe this item in English?
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Learning goals
Je beschrijft een voorwerp dat of afbeelding die je ziet met basiswoorden en standaarduitdrukkingen.
Je gebruikt spreekstrategieën om iets beschrijven.
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
Road map
Vocabulary (watching)
Warm up in pairs
Task instruction
Work on tasks
Review
Looking ahead
Slide 3 - Slide
This item has no instructions
Slide 4 - Video
This item has no instructions
With your neighbour, find the item that is described:
It’s used to tell the time.
It’s used to keep you dry.
It’s used to write with.
It’s made from plastic.
It’s made from metal.
It’s made from wood.
It’s made from fabric.
It’s made from rubber.
It’s made from paper.
Het is gemaakt van papier.
It’s made from leather.
Het is gemaakt van leer.
an umbrella
a car
wellies
a dress
a chair
a pen
a watch
a shampoo bottle
Slide 5 - Slide
a watch
an umbrella
a pen
an oven
wellies (laarzen)
a dress
a chair
a shampoo bottle
Tasks - Describe an object
Heb je weleens gedacht dat er apparaatjes zouden moeten zijn om je leven wat makkelijker te maken? Er zijn vast wel klusjes waar je een hekel aan hebt. Misschien zou je wel een 'lekke-banden-fixer' of een 'kamer-opruimer' willen hebben. Of zoek je het meer in luxe artikelen? Handig zou bijvoorbeeld een zomer- en- winterjas zijn die zich vanzelf aanpast aan de temperatuur.
Je gaat een voorwerp bedenken dat nog niet bestaat en het beschrijven. Bekijk <The future is now> over futuristische uitvindingen om inspiratie op te doen.
Bedenk een voorwerp dat nog niet bestaat. Waar is het voor en hoe ziet het eruit? Maak dan een paar aantekeningen die je kunt gebruiken bij het beschrijven.
Maak deze taak in de portal: Maak stap 1 en stap 2
Denk aan kleur, vorm, materiaal, prijs en waar je het voor gebruikt.
Slide 6 - Slide
This item has no instructions
Tasks
In de portal (Cool things to look forward to)
lezen/leren
Maken (Stap 1 en 2)
In de handout, maak:
4. Name that shape
Leer de woordjes Werk tot 13.05
Slide 7 - Slide
This item has no instructions
Review
Kies 1 van de items op de volgende slide.
Stel de vragen:
What does it look like?
How big is it?
What colour is it?
What is it used for?
What is it made of?
Slide 8 - Slide
Schrijf de vragen op het bord.
Slide 9 - Slide
This item has no instructions
Looking ahead
Grammatica: much en many
Beschrijven: mensen, plaatsen en spullen met eenvoudige woorden