Leereenheid 3 ,8 & 10 alle oefen vragen

Oefenen voor test je kennis
Leereenheid:

  • 3 Doelstellingen
  • 8 Didactische werkvormen
  • 10 Evalueren

1 / 19
next
Slide 1: Slide
B&LMBOStudiejaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Oefenen voor test je kennis
Leereenheid:

  • 3 Doelstellingen
  • 8 Didactische werkvormen
  • 10 Evalueren

Slide 1 - Slide

Evaluatie
Doelstelling
Les/training
Beginsituatie

Slide 2 - Drag question

Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Bewegingsvorm
Waarneembaar eindgedrag
Voorwaarden/ omstandigheden
Minimunprestatie

Slide 3 - Drag question

Wat voor een soort eis is:
Minimaal 3 van de 5 doelpogingen moet raak zijn:
A
Kwalitatieve
B
Kwanitatieve

Slide 4 - Quiz

"De doelstelling heeft te maken met zowel de beginsituatie, de les/training en met de evaluatie"
A
Eens
B
Oneens

Slide 5 - Quiz

De deelnemers kunnen een schoolslag zwemmen, waarbij er een lange uitdrijf-fase is. (wat ontbreekt)
A
Bewegingsvorm
B
Waarneembaar eindgedrag
C
Voorwaarde/omstandig-heid
D
Minimumprestatie

Slide 6 - Quiz

De deelnemers kunnen de bovenhandse volleybaltechniek in een driehoeksopstelling demonstreren. (wat ontbreekt)
A
Bewegingsvorm
B
Waarneembaar eindgedrag
C
Voorwaarde/omstandig-heid
D
Minimumprestatie

Slide 7 - Quiz

Formuleer een doelstelling voor het wendsprong springen.

Slide 8 - Open question

Wat is de juiste beschrijving van het begrip: didactische werkvorm?
A
Een effectieve weg die de lesgever en de deelnemers samen bewandelen om het doel te bereiken
B
Manieren om leren in de zaal/zwembad/veld zo te organiseren dat deelnemers zo veel mogelijk leren
C
Gedragswijzen van de lesgever gericht op het tot stand brengen van de leerervaringen met het oog op het realiseren van bepaalde doelstellingen bij de deelnemers
D
Het geheel van didactische handelingen die in de groep door de lesgever worden aangewend met het oog op het bereiken van vooraf bepaalde doelstellingen

Slide 9 - Quiz

Keuze didactische werkvormen,
vrij werken en werken in groepen zijn voorbeelden van?
A
Organisatorische keuzes
B
Keuzes over de wijze van aanbieden
C
Keuzes over de ruimte die de lesgever biedt

Slide 10 - Quiz

Organisatorisch
Wijze van 
aanbieden
Ruimte die de
lesgever biedt
Open en gesloten
Klassikaal werken
Werken in groepen
Vraagvorm
Instructievorm
Vrij werken
Spelvorm

Slide 11 - Drag question

visuele instructie
manuele instructie
Auditieve instructie
Mentale instructie
Markeringspunt
moment van inzet laten voelen
Zelfinstructie
"doe alsof" opdracht

Slide 12 - Drag question


Evalueren gaat over?
A
Beginsituatie
B
Doelstelling
C
Les/training
D
Allen

Slide 13 - Quiz

Het behaalde eindresultaat is?
A
product evaluatie
B
proces evaluatie

Slide 14 - Quiz

Waar staat PDCA voor?

Slide 15 - Open question

Leg uit waarom verantwoording een functie van evalueren is:

Slide 16 - Open question

Noem de 4 momenten van evalueren

Slide 17 - Open question

Een hartslagmeter gebruiken is een voorbeeld van:
A
Product evaluatie
B
Proces evaluatie

Slide 18 - Quiz

Groepsgesprekken​, individuele gesprekken​ en evaluatieformulieren zijn methoden voor een:
A
Productevaluatie
B
Procesevaluatie

Slide 19 - Quiz