Drie voorwaarden voor een samentrekking
1. De weggelaten woorden moeten dezelfde functie hebben.Fout: Zijn broek kost 90 euro en (-) vind ik niet mooi.
In het eerste deel is 'zijn broek' een ow en in het tweede deel een lv.
2. De weggelaten woorden moeten dezelfde betekenis hebben.Fout: De boot was goed uitgerust en de bemanning (-) ook (-).
In het eerste deel betekent 'uitgerust zijn' iets anders dan in het tweede deel.
3. De weggelaten woorden moeten van hetzelfde getal zijn.
Fout: De koekjes waren knapperig en de taart (-) zacht.
Het eerste deel staat in meervoud en het tweede deel staat in enkelvoud.