1B Nederlands 31 maart

Vandaag
  • 3e uur Nederlands uit het boek > woordenschat
  • Pauze
  • 4e uur Studiemeter
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Vandaag
  • 3e uur Nederlands uit het boek > woordenschat
  • Pauze
  • 4e uur Studiemeter

Slide 1 - Slide

Weet je nog?
Letterlijk of figuurlijk taalgebruik?



We gaan nog even oefenen
Groen = letterlijk
Rood = figuurlijk

Slide 2 - Slide

Letterlijk of figuurlijk?

Tim liep gisteren tegen een paaltje aan.

Slide 3 - Slide

Letterlijk of figuurlijk?

Sammy liep vorige week tegen de lamp.

Slide 4 - Slide

Letterlijk of figuurlijk?

De andere leerlingen hielden hun mond op slot.

Slide 5 - Slide

Letterlijk of figuurlijk

Nova heeft veel huisdieren

Slide 6 - Slide

Letterlijk of figuurlijk

Quinty heeft vlinders in haar buik

Slide 7 - Slide

Letterlijk of figuurlijk

Buiten schijnt de zon.

Slide 8 - Slide

Letterlijk of figuurlijk?

De regen gooide roet in het eten.

Slide 9 - Slide

Letterlijk of figuurlijk

De juf werd zo rood als een kreeft

Slide 10 - Slide

Letterlijk of figuurlijk

Ze baalde als een stekker.

Slide 11 - Slide

Letterlijk of figuurlijk

De juf was haar bril vergeten

Slide 12 - Slide

Letterlijk of figuurlijk

Zonder bril was ze zo blind als een mol

Slide 13 - Slide

De vergelijking
Lees mee in het boek op bladzijde 94

Maak daarna opdracht 5 & 6

Slide 14 - Slide

Studiemeter
Nova + Tim + Bas + Jamey  + Levi + Shanïa = oefentoets
Bas + Quinty + Sammy = eindtoets
Clarinsa + Mark starten thema 2


Slide 15 - Slide