3TB - Cursus 4 taal §4 thematische uitdrukkingen

Welkom bij Nederlands!
Bij Nederlands
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands!
Bij Nederlands

Slide 1 - Slide

Fijn dat je er bent!
Pak je boek voor op blz 95, je schrift en pen, je iPad/laptop en log in op deze LessonUp. 

Dat doe je binnen 3 minuten en daarna start de les. 




 



timer
3:00

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

  • Herhaling vorige les
  • Kennen en kunnen
  • Uitleg
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiting

Slide 4 - Slide

VERBAAL
NON-VERBAAL
De jongen knipoogt naar het meisje.
De docent steekt zijn duim op naar de leerling.
De conducteur vraagt of ik een kaartje heb gekocht.
De voetbalspeler scheldt de scheidsrechter uit. 

Slide 5 - Drag question

  • Thematische uitdrukkingen
  • Uitleggen wat uitdrukkingen zijn.
  • Betekenissen van een aantal thematische uitdrukkingen kunnen benoemen. 

Slide 6 - Slide

Tekst lezen
We gaan samen de tekst lezen 
Blz 98, tekst 1 

Slide 7 - Slide

  • Wat: Maak opdracht 1 blz. 92
  • Hoe: individueel
  • Hulp: lesboek, buur of mevrouw Hoogsteen
  • Tijd: 10 min
  • Uitkomst: bespreken/nakijken
  • Klaar?: Ga verder met opdracht 2 en 3.
timer
10:00

Slide 8 - Slide

§4 Thematische uitdrukkingen - blz. 98 

Slide 9 - Slide

Thematische uitdrukkingen
  • Uitdrukkingen zijn unieke combinaties van woorden om uit te leggen wat je bedoelt. 

  • Veel van deze uitdrukkingen zijn thematisch. Denk bijvoorbeeld aan het weer, dieren of het menselijk lichaam.
  • Na regen komt zonneschijn.
  • Blaffende honden bijten niet.
  • Een oogje op iemand hebben.

Slide 10 - Slide

  • Zijn vaste combinaties van woorden.
  • Zijn ook altijd figuurlijk bedoeld.

Wie weet nog een uitdrukking?
Uitdrukkingen

Slide 11 - Slide

  • Wat: Maak het werkblad. Noteer per afbeelding welke thematische uitdrukking je herkent. Noteer erachter wat ermee wordt bedoeld. 
  • Hoe: in tweetallen
  • Hulp: lesboek, buur, mevrouw Hoogsteen 
  • Tijd: 10 min
  • Uitkomst: bespreken/nakijken
  • Klaar?: Ga verder met opdrachten van paragraaf 4 of de begrippen leren. 
timer
10:00

Slide 12 - Slide

Spreekwoorden en uitdrukkingen
1. Zoek op de poster tien  spreekwoorden of uitdrukkingen 
en schrijf deze op in je schrift.
2. Noteer wat deze uitdrukkingen betekenen.
3. Onderzoek waar jouw spreekwoord of uitdrukking vandaan komt.
timer
10:00

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

de beest uithangen
A
alles willen weten
B
er genoeg van hebben
C
schaamteloos gedragen
D
een feest geven

Slide 15 - Quiz

wat betekent:
Daar zit een addertje onder het gras.

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Video

Fijn weekend!
Fijn weekend!

Slide 18 - Slide