Debatteren

Opbouw van argumentatie
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Opbouw van argumentatie

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
1. Ik weet wat meningen, argumenten, feitelijke en niet-feitelijke uitspraken zijn.

2. Ik kan meningen, argumenten, feitelijke en niet-feitelijke uitspraken herkennen in een tekst.
3. Ik kan uitleggen waarom een uitspraak een mening, een argument, een feitelijke of niet-feitelijke uitspraak is
4, Ik kan beoordelen welke argumenten het sterkst zijn en uitleggen waarom)



Slide 2 - Slide

Vandaag:

Opdracht 1 en 2 bespreken (blz. 18)

H. 2 Debatteren (blz. 116)
Je leert wat een debat is en hoe je moet debatteren. 

Slide 3 - Slide

We bespreken opdracht 1, blz. 18. 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

H. 2 Debatteren (blz. 116)
Je leert wat een debat is en hoe je moet debatteren. 

Debat: woordenwedstrijd. 
Doel: jury of publiek overtuigen. 
- debatleider
- twee partijen 
- stelling

Slide 6 - Slide

Opbouw debat:

- introductie 
- standpunt
- argumenten en weerleggingen
- slot
Belangrijk: luisteren naar de ander. 

Slide 7 - Slide

Wat doet de spreker goed?
Noem drie dingen. 

Wat kan de spreker verbeteren?
Noem drie dingen. 
Maak aantekeningen tijdens het luisteren. 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Maak opdracht 1, 2, 4 en 5a (blz. 117). 

Opdracht 5a doe je individueel. 
Je mag alleen fluisterend overleggen. 

Slide 10 - Slide

Wat is belangrijk tijdens een debat? 

Slide 11 - Slide