MW Persoonsvorm, onderwerp en gezegde

H1 Persoonsvorm, onderwerp en gezegde
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

H1 Persoonsvorm, onderwerp en gezegde

Slide 1 - Slide

H1.Persoonsvorm, onderwerp en gezegde.

Slide 2 - Slide

Welke bewering is waar?
A
Een zinsdeel bestaat uit een woord of een groepje woorden.
B
Met de tijdproef vind je het gezegde.
C
Voor de persoonsvorm staan altijd twee zinsdelen.
D
Met de vraagproef vind je het onderwerp.

Slide 3 - Quiz

Noteer de persoonsvorm:
Op de A32 is een vrachtauto zijn lading aardappelen verloren.

Slide 4 - Open question

Noteer de persoonsvorm:

Weggebruikers moeten deze ochtend rekening houden met dichte mist.

Slide 5 - Open question

Wat is het onderwerp in de zin?
Door het regenachtige weer waren de wegen spekglad geworden op het parcours.
A
het regenachtige weer
B
de wegen
C
de wegen op het parcours
D
spekglad

Slide 6 - Quiz

Wat is het onderwerp in de zin?
In het centrum van Steenwijk werd zaterdagmiddag een wielerwedstrijd gereden.
A
In het centrum
B
zaterdagmiddag
C
In het centrum van Steenwijk
D
een wielerwedstrijd

Slide 7 - Quiz

Noteer de persoonsvorm (pv), het onderwerp (ow) en het gezegde (gez) van de volgende zin:

De agressieve kat heeft de bange dierenarts gekrabd.

Slide 8 - Open question

Noteer de persoonsvorm (pv), het onderwerp (ow) en het gezegde (gez) van de volgende zin.
Heeft Ciska haar mobiel bij jou laten liggen?

Slide 9 - Open question

Maken:
opdrachten van boek blz. 32 en 33 of online

Gebruik het schema van de werkwoordsspelling op blz. 243!

Slide 10 - Slide