Hoofdletters en punten

         Fase 2                                                        


Leestekens


1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1,3,4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

         Fase 2                                                        


Leestekens


Slide 1 - Slide

Wat zijn leestekens? 

Slide 2 - Slide

Bijvoorbeeld: 
Hoofdletters en punten

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Geen hoofdletters


  • Bij namen van dagen (maandag, dinsdag, woensdag, etc.)
  • Bij namen van maanden (januari, februari, maart, etc.)
  • Bij namen van seizoenen (herfst, lente, winter, zomer)
  • Bij namen van windstreken (oost, west, zuid, noordwest, etc.)


Slide 5 - Slide

Wanneer schrijf je een hoofdletter?

Slide 6 - Mind map

Slide 7 - Link

timer
10:00

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Einde van de zin

Slide 11 - Slide

Hoe schrijf je:
mevrouw kickken
A
Mevrouw kickken
B
Mevrouw Kickken
C
mevrouw Kickken

Slide 12 - Quiz

Hoe schrijf je:
engelse drop
A
Engelse drop
B
engelse drop
C
Engelse Drop
D

Slide 13 - Quiz

Hoe schrijf je:
januari
A
Januari
B
januari

Slide 14 - Quiz

Hoe schrijf je:
maarten van der aa
A
Maarten van der aa
B
maarten Van der Aa
C
Maarten Van Der Aa
D
Maarten van der Aa

Slide 15 - Quiz

Hoe schrijf je:
's avonds ga ik slapen
A
's avonds ga ik slapen.
B
's Avonds ga ik slapen.
C
'S avonds ga ik slapen.

Slide 16 - Quiz

Hoe schrijf je:
ik ga met kerstmis naar heerlen

A
Ik ga met Kerstmis naar Heerlen.
B
Ik ga met Kerstmis naar heerlen.
C
Ik ga met kerstmis naar Heerlen.
D
ik ga met Kerstmis naar Heerlen.

Slide 17 - Quiz

Opdracht 1
Ik zeg 10 zinnen, schrijf deze op de goede manier op. Denk dus aan hoofdletters en punten. 

Slide 18 - Slide

Opdracht 2
Iedereen noemt een zin op. De rest schrijft de zin op de goede manier op. Denk dus aan hoofdletters en punten. 

Slide 19 - Slide

Deze les heb ik geleerd dat...

Slide 20 - Open question