2.8 do 17 sept.

Klassenregels
Je mobiel en oordopjes zijn uit het zicht.
Je Ipad ligt plat op tafel, tenzij anders aangegeven.
De Ipad wordt alleen gebruikt voor lesdoeleinden.
Je jas hangt op de gang.
Als de docent praat, ben je stil. Je steekt je vinger op als je iets wilt zeggen.
Je eet en drinkt niet tijdens de les.
Je hebt een actieve werkhouding.
Je hebt je leerwerkboek en leesboek mee en maakt je huiswerk.



1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Klassenregels
Je mobiel en oordopjes zijn uit het zicht.
Je Ipad ligt plat op tafel, tenzij anders aangegeven.
De Ipad wordt alleen gebruikt voor lesdoeleinden.
Je jas hangt op de gang.
Als de docent praat, ben je stil. Je steekt je vinger op als je iets wilt zeggen.
Je eet en drinkt niet tijdens de les.
Je hebt een actieve werkhouding.
Je hebt je leerwerkboek en leesboek mee en maakt je huiswerk.



Slide 1 - Slide

leerdoelen 2.8 spelling
In deze paragraaf herhaal je:
• hoe je de verleden tijd van een werkwoord goed spelt.
Vandaag
In deze paragraaf leer je:
• wanneer je een dubbele punt gebruikt;
• twintig dicteewoorden.
Volgende les!




Slide 2 - Slide

• Sterke werkwoorden veranderen in de verleden tijd van klank. Je hoort hoe je het woord schrijft.
Gisteren sprak ik met mijn buurmeisje.
• Zwakke werkwoorden veranderen in de verleden tijd niet van klank.


Slide 3 - Slide

zwakke werkwoorden
– Je schrijft na de ik-vorm de uitgang -te(n) als de laatste letter van de stam in ’T KoFSCHiP X zit. De stam is de infinitief zonder -en.
Zij appte me het hele verhaal.
– Je schrijft na de ik-vorm de uitgang -de(n) als de laatste letter
 van de stam niet in ’T KoFSCHiP X zit.
Waarom geloofde je me niet?

Slide 4 - Slide

VT: In 1983 (zijn)
Rusland en de VS vijanden

Slide 5 - Open question

Beide landen (hebben)
veel kernwapens.

Slide 6 - Open question

Elk moment (kunnen)
er een oorlog uitbreken.

Slide 7 - Open question

Op 26 november (ontdekken)
een Russische satelliet een aanval.

Slide 8 - Open question

(Sturen)
de VS vijf raketten naar Rusland?

Slide 9 - Open question

De Russische bevelhebber Petrov (hopen)
op een fout van de computer.

Slide 10 - Open question

Hij (melden)
het voorval niet aan zijn baas.

Slide 11 - Open question

Petrov (krijgen)
gelijk: de computer (zijn)
in de war.

Slide 12 - Open question

Door niets te doen, (voorkomen)
hij de Derde Wereldoorlog!

Slide 13 - Open question

(Huis)werk
Paragraaf 1.8 en 2.7
Nieuw: 2.8 opdracht 1 tot en met 6.

Slide 14 - Slide