Poster verschillen af maken en één aspect presenteren
1 / 12
next
Slide 1: Slide
OnderwijsassistentenMBOStudiejaar 1
This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Poster verschillen af maken en één aspect presenteren
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Wat wordt er bedoeld met concreet denken?
Slide 3 - Open question
Wat wordt er bedoeld met abstract denken?
Slide 4 - Open question
Wat is zwart-witdenken?
Slide 5 - Open question
Wat is genuanceerd denken?
Slide 6 - Open question
Het nieuwe overhemd van je vader is binnengekomen. Je vader heeft het overhemd aangetrokken en vraagt wat je ervan vindt. Moet hij het overhemd houden of kan hij het beter retourneren? Je vindt het model goed staan, maar de kleur niet.
Is dit een voorbeeld van concreet of abstract denken?
A
Concreet denken
B
Abstract denken
Slide 7 - Quiz
Na de vakantie kom je weer voor het eerst op school. Het schoolplein is opnieuw ingericht. Er zijn meer bankjes geplaatst waardoor je makkelijker lekker buiten kunt zitten. Het fietsenhok staat wel een stuk verder weg, waardoor het langer duurt om je fiets weg te zetten. Je klasgenoot vraagt wat je van de nieuwe inrichting vindt.
Is dit een voorbeeld van concreet of abstract denken?
A
Concreet denken
B
Abstract denken
Slide 8 - Quiz
Voor een schoolopdracht verdiep je je in politieke partij X. De partij spreekt je erg aan. Met name de standpunten over onderwijs en zorg vind je goed. De economische standpunten vind je minder goed. Er word je gevraagd wat je van partij X vindt.
Is dit voorbeeld van concreet of abstract denken?
A
Concreet denken
B
Abstract denken
Slide 9 - Quiz
De coronamaatregelen worden niet versoepeld, omdat het aantal besmettingen verder oploopt. Je baalt hier ontzettend van. Je beste vriend vraagt wat je van de verlenging van deze maatregelen vindt.
Is dit een voorbeeld van concreet of van abstract denken?
A
Concreet denken
B
Abstract denken
Slide 10 - Quiz
Je bent op zoek naar een cadeautje en bent aan het winkelen met je beste vriendin. Je pakt een geurkaars en ruikt er aan. De kaars ruikt heerlijk, maar de kleur vind je niet mooi. 'En?' vraagt je vriendin.
Is dit een voorbeeld van concreet of abstract denken?