Ch 1 - les 1

1 / 25
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Qu'est-ce qu'on va faire?

  • Dagopening
  • Toets bespreken
  • Parler
  • Vocabulaire
  • Écouter
  • Lire
  • Grammaire

Slide 2 - Slide

Dagopening
Dat is menselijk

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Dagopening
-Maak jij zelf wel eens gebruik van apps al ChatGPT?
-Is het erg dat mensen steeds meer gebruik maken van AI?
-Moeten scholen het gebruik van AI toestaan of juist niet?

Slide 5 - Slide

Toets Herhalingsstof
Bekijk de toets en bepaal voor jezelf:
  • Wat heb je goed gedaan?
  • Waar heb je (onnodig) punten laten liggen?
  • Wat pak je een volgende keer anders aan?

Slide 6 - Slide

Chapitre 1
  • Ik ken woorden die te maken hebben met vakantie, landen en het weer.
  • Ik kan de passé composé gebruiken.
  • Ik kan vertellen wat ik tijdens mijn vakantie heb gedaan.
  • Ik kan de juiste bezittelijke voornaamwoorden gebruiken in het Frans.


       Toets: vrijdag 16 juni



Slide 7 - Slide

Parler


Réponds aux questions en phrases complètes.

Slide 8 - Slide

Chapitre 1 - A 

www.quizlet.live



Slide 9 - Slide

Chapitre 1 -  B
Prends ton livre à la page 50.

-Lis les mots et les phrases.
-Écoute bien.
-Répète-les.



Slide 10 - Slide

 Écouter

Prends ton livre à la page 22.

-On va faire exercice  6 et 7.



Slide 11 - Slide

Lire
Prends ton livre à la page 26.

-On va faire exercice  10ab + 11bcd



Slide 12 - Slide

passé composé

Slide 13 - Slide

passé composé = v.t.t.
Ik heb gelopen.
Mijn vader heeft gevoetbald.
Mijn broer is naar Engeland gegaan.

Slide 14 - Slide

voltooid deelwoord
parler     ->      parlé                               donner     ->   donné
praten              gepraat                          geven               gegeven

                               REGEL:    werkwoord   -  er   +  é  

Slide 15 - Slide

hulpwerkwoord
Om de passé composé te kunnen vormen heb je het hulpwerkwoord  avoir  nodig.
   
    Ik heb een nieuwe fiets gekocht.

Slide 16 - Slide

avoir
j'ai
tu as
il/elle/on a
nous avons
vous avez
ils/elles ont

Slide 17 - Slide

passé composé
De passé composé bestaat uit drie delen:
persoonlijk voornaamw.  +  hulpwerkwoord + voltooid deelw. 

j'ai parlé
tu as donné
nous avons mangé

Slide 18 - Slide

(manger) Nous ... une pizza.

Slide 19 - Open question

(regarder) Tu ... la télé?

Slide 20 - Open question

(passer) Vous ... de bonnes vacances?

Slide 21 - Open question

(manger) Eva ... des frites.

Slide 22 - Open question

Slide 23 - Slide

www.maxitaal.net/mv
p.c. avoir

Slide 24 - Slide

devoirs
leren woorden/zinnen A

Slide 25 - Slide