Ga naar je (online) boek - Hoofdstuk 2 bladzijde 90 vocabulaire A/ Boek A
- Noteer ABC onder elkaar in je klapper.
- Noteer zin 1 in het Nederlands, bij A in je schrift.
A De kaart alstublieft.
B Hier denk je in de Franse zinsconstructie. Wat was dat ook alweer?
C Hier leer je de Franse zin (soms met spieken/ zonder te schrijven)
uit je hoofd.
- Ga door naar de volgende zin, als je zin 1 uit je hoofd kent.