This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 80 min
Items in this lesson
Deutsch
Donnerstag, den 19. September 2024
Slide 1 - Slide
Lernziele
Aan het einde van de les .....
kun je de grammatica met betrekking tot het voltooid deelwoord en de vragend voornaamwoorden herhalen en deze toepassen in de opdrachten van Lektion 2.
de vervoeging van haben, sein en werden in Präteritum begrijpen en deze toepassen in opdrachten van Lektion 2.
nieuwe woordenschat toepassen door middel van levend memory.
Slide 2 - Slide
Die Planung für Heute
Hören
Grammatik (Wiederholung)
Selbständig arbeiten
Levend memory
Slide 3 - Slide
Grammatik Sätze
1. Wie lange braucht d…..... Erde für ihr....…. Weg (M) um d…..... Sonne.
2. Willst du mich d…...... Chef vorstellen.
3. Darf ich …....... (u) etwas fragen?.
4. Welch ....... Film (M) hast du gesehen?
Slide 4 - Slide
naklar.secure.malmberg.nl
Slide 5 - Link
Das Perfekt
Wat was dat ook al weer?
Slide 6 - Slide
das Perfekt
de voltooid tegenwoordige tijd
Zwakke werkwoorden
basisregel
stam op -d of -t
werkwoorden zoals atmen en regnen
werwoorden op -ieren
niet- scheidbare werkwoorden
ge + stam + t
ge + stam + et
ge + stam+ et
stam + t
stam + t
gewohnt
gearbeitet
geregnet
studiert
bestellt
Sterke werkwoorden
basisregel
ge+ .... + en gelaufen
Slide 7 - Slide
W-Wörter
net als in NL: wie / wat / waar / waarvandaan / waarom etc.
Slide 8 - Slide
Wat is de regel bij zwakke werkwoorden?
A
ge + stam + d
B
ge + stam + ten
C
ge+ stam + t
D
ge + stam + en
Slide 9 - Quiz
Wat zijn de hulpwerkwoorden?
A
werden/haben
B
haben/sein
C
sein/werden
D
müssen/sein
Slide 10 - Quiz
Ich habe in Berlin.......
A
gewohnt
B
gewohnd
C
gewohnen
D
gewohnet
Slide 11 - Quiz
Wat is de regel bij sterke werkwoorden?
A
ge + .... + en
B
ge + .... + ten
C
ge+ .... + t
D
ge + .... + d
Slide 12 - Quiz
Wir sind in den Ferien nach Lübeck...........
A
gefuhrt
B
gefährt
C
gefahren
D
gefahrt
Slide 13 - Quiz
haben, sein und werden
Wie kent de rijtjes nog?
Slide 14 - Slide
haben, sein und werden
ich
du
er/sie/es/man
wir
ihr
sie/Sie
hatte
hattest
hatte
hatten
hattet
hatten
war
warst
war
waren
wart
waren
wurde
wurdest
wurde
wurden
wurdet
wurden
Slide 15 - Slide
Aan de slag!
Maak opdracht 7 tot en met 9 van Lektion 2
Vind je het lastig?
Kijk in je handboek
Ben je klaar?
Huiswerk volgende les: Aufgabe 1, 4 und 5a Lektion 2 + lernen Wörter Lektionen 1 & 2
Slide 16 - Slide
Levend memory
Slide 17 - Slide
Lernziele
Aan het einde van de les .....
kun je de grammatica met betrekking tot het voltooid deelwoord en de vragend voornaamwoorden herhalen en deze toepassen in de opdrachten van Lektion 2.
de vervoeging van haben, sein en werden in Präteritum begrijpen en deze toepassen in opdrachten van Lektion 2.
nieuwe woordenschat toepassen door middel van levend memory.