This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
6.2 Het klimaat in de bergen
Slide 1 - Slide
Vorige les hebben we het gehad over de golfstroom. Wat was de golfstroom ook alweer?
A
Een koude zeestroom vanuit de noordpool
B
Een warme zeestroom vanuit de golf van Mexico
C
Een warme zeestroom vanuit Afrika
D
Een warme zeestroom vanuit Azië
Slide 2 - Quiz
Welk kenmerk van aanlandige wind is juist?
A
In de zomer is aanlandige wind warm.
B
Aanlandige wind waait vanaf het land naar zee.
C
In de winter is aanlandige wind koud.
D
In de winter is aanlandige wind warm.
Slide 3 - Quiz
Tropen:
gematigde zone:
Poolstreken:
Combineer de luchtstreken met de juiste breedtecirkels.
De temperatuurzones op aarde noem je de luchtstreken. Bij deze vraag gebruiken we de breedtecirkels als begrenzing van de verschillende temperatuurzones.
Tussen 23½° en 66½°
Vanaf 66 ½ °
Tussen de 23 ½ ° N.B. en 23 ½ ° Z.B.
Slide 4 - Drag question
Welk effect heeft veel aanlandige wind volgens jou op een klimaat?
Slide 5 - Open question
Welke invloed heeft de golfstroom volgens jou op de gemiddelde temperatuur in West-Europa ?
Slide 6 - Open question
Slide 7 - Video
Klimaatfactoren in dit filmpje:
A
Is een korte samenvatting hoe de Golfstroom werkt
B
hebben te maken met menselijke activiteiten (bosbouw-landbouw)
C
Geven aan wat allemaal invloed kan hebben op het klimaat
D
Oke, dit ging te snel, het komt niet binnen, fijne maandag iedereen
Slide 8 - Quiz
Hoogteligging (reliëf) en temperatuur
Slide 9 - Slide
Samenvatting
Hoge bergen kunnen luchtstromen tegen houden, deze kunnen niet/of maar gedeeltelijk over de bergen heen komen
Dat betekent dat zich aan beide kanten van de bergrug een ander klimaat kan bevinden
Vooral wanneer een gebied afgeschermd wordt van de golfstroom in Europa kan dit een flink verschil zijn
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Verschil in klimaat
Door de bergen is er links een ander klimaat dan rechts.
Daarom heet dit gebergte een klimaatscheiding.
Slide 12 - Slide
Het kan nog extremer
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Hoe ontstaat dit verschil ?
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Video
Vragen?
Slide 19 - Slide
Aan de lijzijde is de kans groter dat:
A
de winter - en zomertemperatuur extremer zijn
B
de winter - en zomertemperatuur minder extreem zijn