M3 June 26th grammar and vocabulary (3)

TODAY
1. explain degrees of comparison
2. Do + check grammar sheet.
1 / 19
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

TODAY
1. explain degrees of comparison
2. Do + check grammar sheet.

Slide 1 - Slide

Making negations

Slide 2 - Slide

Degrees of comparison

Slide 3 - Slide

Degrees of comparison

Slide 4 - Slide

Bij de vergrotende trap zet je in het Engels   

-er achter het woord 
small - smaller
fast    - faster
high   - higher
       small           smaller

Slide 5 - Slide

Achter het woord + er zet je dan than
this dog is smaller than that one
smaller than

Slide 6 - Slide

woorden die eindigen op een griekse y
Bij de vergrotende trap verdwijnt 
de -y en komt er -ier achter

1
an ugly dog 
an uglier dog
the ugliest dog

Slide 7 - Slide

er zijn ook lange bijvoeglijke naamwoorden. Deze hebben 3 of meer lettergrepen
  • beautiful
  • intelligent
  • wonderful
  • exciting
  • difficult

Slide 8 - Slide

Bij deze lange woorden maak je de vergrotende trap door more voor het woord te zetten
  • more beautiful
  • more intelligent
  • more wonderful
  • more exciting

Slide 9 - Slide

This dog is more beautiful
than that dog

Slide 10 - Slide

Als we dingen vergelijken en iets is het mooist/ grootst/ lekkerst/leukst enz dan noemen we dit de overtreffende trap
           groot                 groter                 grootst

Slide 11 - Slide

Bij de overtreffende trap zet je in het Engels -est achter het woord.  


small  - smaller - smallest
fast     - faster     - fastest
high   - higher   - highest

Slide 12 - Slide

woorden die eindigen op een griekse y
Bij de overtreffende trap verdwijnt 
de -y en komt er -iestachter

1
an ugly dog 
an uglier dog
the ugliest dog

Slide 13 - Slide

Bij  lange woorden maak je de overtreffende  trap door most voor het woord te zetten
  • most beautiful
  • most intelligent
  • most wonderful
  • most exciting

Slide 14 - Slide

Deze rijtjes moet je uit je hoofd leren :


  • much/many - more (than) - (the)most
  • bad         -      worse (than) -  (the) worst
  • good       -      better (than) - (the) best
  • Little       -      less (than)      - (the) least

Slide 15 - Slide

Degrees of Comparison

Slide 16 - Slide

Degrees of comparison.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

study : vocabulary, irregular verbs, grammar.

Slide 19 - Slide