naamvallen

Rijtjes leren!
1 / 22
next
Slide 1: Slide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Rijtjes leren!

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Je mag je HB erbij houden
p. 76

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat is de juiste volgorde
A
nom-gen-dat-abl -acc
B
nom-gen-dat-acc-abl
C
nom-dat-gen-abl -acc
D
nom-dat-gen-acc-abl

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

p. 104 van je hulpboek
overzichtje van alle 5 de naamvallen en voor welke functies ze gebruikt worden.
Welke 3 kende je al?


Leer-tip voor de volgorde:
de nominativus van de genitivus bouwen voor de dativus een accusativus met de ablativus

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Je mag je HB erbij houden
p. 76 
We gaan de rijtjes wat beter leren kennen.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Welke vorm ontbreekt hier:
rosa - ? - rosae - rosam - rosa
A
rosas
B
rosis
C
rosae
D
rosarum

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Welke vorm ontbreekt hier:
rosae - rosarum - rosis- ?- rosis
A
rosas
B
rosis
C
rosae
D
rosarum

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Welke vorm ontbreekt hier:
locus- loci- ?- locum- loco
A
loci
B
loco
C
locas
D
locos

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Welke vorm ontbreekt hier:
anni- ?- annis- annos- annis
A
annum
B
annos
C
annorum
D
anno

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Welke vorm ontbreekt hier:
rex- regis- ?- regem- rege
A
rega
B
rege
C
regi
D
rego

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Sleep de woorden naar de goede term
Infinitivus
Nominativus
Accusativus
Dativus
Hele werkwoord
Onderwerp
Lijdend voorwerp
Meewerkend voorwerp

Slide 11 - Drag question

This item has no instructions

Maar hoe weet je volgens welk rijtje een woord gaat?

Slide 12 - Mind map

This item has no instructions

timer
1:00
Verbuigings-groep 1
Verbuigings-groep 2
Verbuigings-groep 3
Verbuigings-groep 2 (onzijdig)
Verbuigings-groep 3 (onzijdig)
arbor, arboris (f)
puer, ī (m)
femina, ae (f)
rex, regis (m)
flumen, fluminis (n)
filius, ī (m)
aqua, ae (f)
dōnum, ī (n)

Slide 13 - Drag question

This item has no instructions

Welke uitgang hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
feminae
feminam
femina
feminas

Slide 14 - Drag question

This item has no instructions

Welke uitgang hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
servum
servos
servi
servus

Slide 15 - Drag question

This item has no instructions

Groep 3 M/V: ev. en mv.
ev
mv
nom
gen
dat
acc
abl
nom
gen
dat
acc
abl
regem
rex
reges
reges

Slide 16 - Drag question

sommige hebben meerdere opties, maakt niet uit welke je dan kiest.

Welke uitgang hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
reges
regem
reges
rex

Slide 17 - Drag question

This item has no instructions

Je mag je HB erbij houden
p. 72 over het persoonlijk voornaamwoord
(hem, haar, mij, ik, ons, etc.)

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Welke vorm heb je nodig voor de zin:
ik heb [voor jou] een cadeautje
Denkstappen
I. Wat voor functie is "voor jou"?
II. Wat voor naamval hoort bij die functie?
III. Waar staat die in het schema en hoe ziet de vorm er dus uit?
A
tu
B
me
C
te
D
tibi

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Welke vorm heb je nodig voor de zin:
hij zoekt [ons]
A
nos
B
nobis
C
eos
D
me

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Realisatie
wij is meervoud van ik

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

nom ev
acc ev
nom mv
acc mv
nom + acc mv
eas
tu
vos
me
eam
te
ei
is
ea
eum
nos
ego
eos
eae

Slide 22 - Drag question

This item has no instructions