Werkwoordspelling pvtt

Goedemiddag, DBK2A!
Wat gaan we vandaag doen?

-Lezen uit je leesboek
- Persoonsvorm vinden
- De stam
- Werkwoordspelling: PVTT
- Tijd over? Jeugdjournaal!

1 / 34
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Goedemiddag, DBK2A!
Wat gaan we vandaag doen?

-Lezen uit je leesboek
- Persoonsvorm vinden
- De stam
- Werkwoordspelling: PVTT
- Tijd over? Jeugdjournaal!

Slide 1 - Slide

Persoonsvorm vinden?
Verander de zin van tijd/getal. 
Het werkwoord dat veranderd, is de persoonsvorm. 

Slide 2 - Slide

Wat is de persoonsvorm in onderstaande zin?

Waarom is jouw moeder laatst naar school gekomen?

Slide 3 - Open question

AANTEKENINGEN: WERKWOORDSPELLING
Pvtt (persoonsvorm tegenwoordige tijd)

Wil je de PV goed schrijven? Dan moet je eerst weten wat de stam is
(koken > kook, lopen > loop)

Pvtt:
Ik:  stam                                                                                  ik kook
Jij/hij: stam + t                                                                     jij kookt / hij kookt
Wij/zij/jullie: hele werkwoord                                       wij koken





Slide 4 - Slide

Wat is de stam van 'lopen'?

Slide 5 - Open question

Wat is de stam van 'dansen'?

Slide 6 - Open question

Vandaag (overhandigen) de mentor aan iedereen persoonlijk de rapporten.

Slide 7 - Open question

Jij (worden) morgen een jaar ouder.

Slide 8 - Open question

Jij (lopen) iedere dag zelf naar school.

Slide 9 - Open question

De buurjongen (lopen) iedere dag van huis weg.

Slide 10 - Open question

Het pakketje (worden) morgen bezorgd.

Slide 11 - Open question

Ik (vinden) dat Nederlands heel makkelijk is.

Slide 12 - Open question

De docent (vinden) dat de klas erg rustig is vandaag.

Slide 13 - Open question

Mama (willen) graag dat ik huiswerk ga maken.

Slide 14 - Open question

Hij (wandelen) elke dag terug naar huis.

Slide 15 - Open question

Wat (voorspellen) het weerbericht?

Slide 16 - Open question

De meisjes (voorspellen) dat er weer ruzie komt vandaag.

Slide 17 - Open question

Anna (lezen) graag een boek.

Slide 18 - Open question

Er (gebeuren) altijd wel iets in de pauze.

Slide 19 - Open question

Koen (houden) van zijn vriendin.

Slide 20 - Open question

Zelfstandig werken
Online methode: Nieuw Nederlands
Taalverzorging H1: T en VT
timer
20:00

Slide 21 - Slide

In welke tijd staat deze zin?
Mijn moeder is eergisteren in het ziekenhuis opgenomen.
A
Tegenwoordige tijd
B
Verleden tijd

Slide 22 - Quiz

Waarom (antwoorden) de leraar niet op mijn mail?

Slide 23 - Open question

In welke tijd staat deze zin?
Afgelopen schooljaar is er veel ruzie geweest.
A
Tegenwoordige tijd
B
Verleden tijd

Slide 24 - Quiz

In welke tijd staat deze zin?
Ik fiets altijd naar school als het mooi weer is.
A
Tegenwoordige tijd
B
Verleden tijd

Slide 25 - Quiz

Let op tijdsaanduidingen in de zin!
Gisteren is mijn broertje van de trampoline gevallen.
Ik heb altijd zin in patat.
Ik werd vorig jaar door een klasgenoot geslagen.
Ik was stapelverliefd op Stefan in de brugklas

Slide 26 - Slide

'S ochtends (kleden) ik me altijd heel snel aan.

Slide 27 - Open question

De politie (vermoeden) in 2018 dat het meisje was vermoord.

Slide 28 - Open question

Hij (vinden) dat we hier iets van kunnen leren.

Slide 29 - Open question

De school in Den Haag (branden) vorig jaar helemaal af.

Slide 30 - Open question

De school in Den Haag (branden) momenteel helemaal af

Slide 31 - Open question

Sébastian Haller (debuteren) bij Ajax.

Slide 32 - Open question

Vroeger toen ik klein was, (brengen) mijn oma mij altijd naar school.

Slide 33 - Open question

Ik kan de PVTT op de juiste manier schrijven.
😒🙁😐🙂😃

Slide 34 - Poll