v/g week 38 zakelijk schrijven + werkwoordspelling

Welkom!
Wat heb je nodig?
- Kern lesboek + oefenboek
- lijntjesschrift
- etui
- laptop en oplader
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom!
Wat heb je nodig?
- Kern lesboek + oefenboek
- lijntjesschrift
- etui
- laptop en oplader

Slide 1 - Slide

Kijk mee naar een paar opdrachten

Slide 2 - Slide

Feedback creatief schrijven
1. Let op hoofdletters en leestekens!

2. Beschrijf details

3. Maak gebruik van mooie, maar passende afbeeldingen

4. Zet duidelijk neer wat de boodschap van de tekst is

Slide 3 - Slide

Leerdoelen
Taalverzorging
- Ik weet wat de regels zijn voor het spellen van werkwoorden in alle vormen.
- Ik kan in een zin een correct gespelde werkwoordsvorm invullen.
- Ik kan bijzonderheden in de werkwoordspelling uitleggen.
- Ik kan zelf zinnen bedenken met moeilijkheden in de werkwoordspelling.

persoonsvorm tegenwoordige tijd, persoonsvorm verleden tijd, voltooid deelwoord en onvoltooid deelwoord


Slide 4 - Slide

Wat is een 'persoonsvorm'?

Slide 5 - Open question

De persoonsvorm
Dit is de vervoegde vorm van een werkwoord.
De persoonsvorm hoort bij het onderwerp van de zin.

Slide 6 - Slide

Tegenwoordige tijd

ik
jij achter persoonsvorm

jij
hij/zij/het

.
.
hele werkwoord -en


hele werkwoord -en  +t

Slide 7 - Slide

Vul de tegenwoordige tijd in:
De winst (bedragen) duizend euro.

Slide 8 - Open question

Verbrandt jij snel in de zon?
A
Goed
B
Fout

Slide 9 - Quiz

De huisarts (verbinden) de wond van de patiënt.

Slide 10 - Open question

Vul de verleden tijd in:
Gisteren (lopen) hij naar de markt.

Slide 11 - Open question

Het vuur brande nog lang na.
A
Goed
B
Fout

Slide 12 - Quiz

Vul de verleden tijd in:
De mensen (praten) na afloop ontzettend lang na.

Slide 13 - Open question

Geef een voorbeeld van een voltooid deelwoord

Slide 14 - Open question

Noteer het voltooid deelwoord:
Hij begon opgeruimd de tafel leeg te halen.

Slide 15 - Open question

Geef een voorbeeld van een onvoltooid deelwoord

Slide 16 - Open question

Het onvoltooid deelwoord
Het onvoltooid deelwoord geeft aan dat een handeling nog bezig is: Kijkend naar de nieuwe serie

Het onvoltooid deelwoord eindigt op:
 -nd(e)

Slide 17 - Slide

Noteer het onvoltooid deelwoord:
Al bellende liep Jos naar huis

Slide 18 - Open question

Vul de zin in:
Licht (tegenstribbelen) werd Tim Hofman (binnenlaten)

Slide 19 - Open question

Zelf aan de slag
1) les C (p. 112)
Opdrachten: 1 t/m 9
Extra opdrachten: -
Verdiepingsopdrachten: -

2) Kijk je antwoorden na!

3) Leer de woordjes uit de woordenlijst.








Slide 20 - Slide