H1 B6 (3 GL)

Meiose
1 / 14
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Meiose

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Planning
Nakijken
Leerdoelen
Uitleg
Aan de slag
Afsluiting

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Nakijken blz 33

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het einde van de les weet je..

Hoe meiose (reductiedeling) verloopt.
Wat het verschil in bouw tussen een zaadcel en een eicel is.
Hoe geslachtschromosomen het geslacht van een mens bepalen

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Meiose
Meiose/reductiedeling: vorming van geslachtscellen (eicel en zaadcel). Elke dochtercel krijgt de helft van elk chromosomenpaar.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

1 Cel waaruit de geslachtscellen ontstaan. De chromosomen zijn niet te zien. Alle chromosomen zijn in paren aanwezig.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

2 Van elke DNA-keten ontstaat een kopie. De DNA-ketens worden korter en dikker. De chromosomen zijn nu zichtbaar.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

3 Het kernmembraan verdwijnt. De chromosomen gaan in het midden van de cel liggen. De chromosomenparen gaan uit elkaar.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

4 De cel deelt: in elke dochtercel zit één chromosoom met twee DNA-ketens.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

5 De twee DNA-ketens van elk chromosoom gaan uit elkaar.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

6 Er zijn vier cellen ontstaan. Per cel komt elk chromosoom slechts één keer (enkelvoudig) voor.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Geslachtschromosomen:
Geslachtschromosomen: chromosomenpaar dat bepaalt of een baby een jongen of een meisje is.
XX: geslachtschromosomenpaar van een meisje
XY: geslachtschromosomenpaar van een jongen.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Eicel/zaadcel
Eicel
Zaadcel
Groot
Klein
Kunnen zelf niet bewegen
Kunnen bewegen door zweepstaart
1 eicel per keer
Grote hoeveelheid

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Opdrachten blz 38                              Zorg dat je 11 bloemen maakt
1 bloem: 1,2
2 bloemen: 3,5,6,7
3 bloemen : 4
Meiose/reductiedeling: vorming van geslachtscellen (eicel en zaadcel). Elke dochtercel krijgt de helft van elk chromosomenpaar.
Geslachtschromosomen: chromosomenpaar dat bepaalt of een baby een jongen of een meisje is.
XX: geslachtschromosomenpaar van een meisje
XY: geslachtschromosomenpaar van een jongen.
Zaadcellen: mannelijk voortplantingscel. Klein, bewegen zelf met zweepstaart, grote hoeveelheid.
Eicellen: vrouwelijk voortplantingscel. Groot, bewegen niet zelf, per 1 vrij met eisprong.


Slide 14 - Slide

14 bloemen