Año 1 2021 semana 16 clase 1

¡Hola!
OBJETIVOS (DOELEN):
Na deze les...
1. ken ik de bezittelijk voornaamwoorden (nog beter)
2. kan ik mensen en dingen beschrijven met bijvoeglijk naamwoorden
1 / 22
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

¡Hola!
OBJETIVOS (DOELEN):
Na deze les...
1. ken ik de bezittelijk voornaamwoorden (nog beter)
2. kan ik mensen en dingen beschrijven met bijvoeglijk naamwoorden

Slide 1 - Slide

de bezittelijk voornaamwoorden

overhoring

Slide 2 - Slide

jouw ruzak
___ mochila
timer
0:15

Slide 3 - Open question

mijn ouders
___ padres
timer
0:15

Slide 4 - Open question

onze stoelen
___ sillas
timer
0:15

Slide 5 - Open question

haar stoel
___ silla
timer
0:15

Slide 6 - Open question

jullie boeken
___ libros
timer
0:15

Slide 7 - Open question

hun mapjes
___ carpetas
timer
0:15

Slide 8 - Open question

LOS DEBERES
  • LE p. 28 ej. 2
  • LE p. 33 ej. 11

Slide 9 - Slide

de bijvoeglijk naamwoorden

Welke ken je al???

Slide 10 - Slide

Mensen, dieren en dingen beschrijven
met bijvoeglijk naamwoorden

Slide 11 - Slide

Mensen en dingen beschrijven
met bijvoeglijk naamwoorden
- Veel bijvoeglijk naamwoorden hebben 4 vormen: bonito, bonita, bonitos, bonitas (mooi)

Slide 12 - Slide

Mensen en dingen beschrijven
met bijvoeglijk naamwoorden
- Veel bijvoeglijk naamwoorden hebben 4 vormen: bonito, bonita, bonitos, bonitas (mooi)
--> un libro bonito
--> una casa bonita

Slide 13 - Slide

Mensen en dingen beschrijven
met bijvoeglijk naamwoorden
- Veel bijvoeglijk naamwoorden hebben 4 vormen: bonito, bonita, bonitos, bonitas (mooi)
--> un libro bonito
--> una casa bonita

- Bijvoeglijk naamwoorden die eigen op een -e of op een medeklinker hebben maar 2 vormen: grande, grandes (groot) en azul, azules (blauw)

Slide 14 - Slide

Mensen en dingen beschrijven
met bijvoeglijk naamwoorden
- Veel bijvoeglijk naamwoorden hebben 4 vormen: bonito, bonita, bonitos, bonitas (mooi)
--> un libro bonito
--> una casa bonita

- Bijvoeglijk naamwoorden die eigen op een -e of op een medeklinker hebben maar 2 vormen: grande, grandes (groot) en azul, azules (blauw)
--> un bolígrafo azul
--> una mochila azul
--> unos bolígrafos azules
--> unas mochilas azules

Slide 15 - Slide

vertaal: een mooi cadeau

un ragalo ___
A
bonito
B
bonita
C
bonitos
D
bonitas

Slide 16 - Quiz

vertaal: een paar rode rugzakken

unas mochilas ___
A
rojo
B
roja
C
rojos
D
rojas

Slide 17 - Quiz

vertaal: 'Mijn moeder is aardig'
A
Mi madre es simpático
B
Mi madre es simpática
C
Mi madre es simpáticos
D
Mi madre es simpáticas

Slide 18 - Quiz

vertaal: 'Mijn broers zijn irritant'
A
Mis hermanos son pesado
B
Mis hermanos son pesada
C
Mis hermanos son pesados
D
Mis hermanos es pesadas

Slide 19 - Quiz

Vertaal: 'Mijn huis is wit.' (blanco)

Slide 20 - Open question

Vertaal: 'Jouw idee is geweldig.' (genial)

Slide 21 - Open question

Deberes para el viernes
1. maken: LE p. 30 ej. 2a

2. maken: LE p. 32 ej. 9
3. leren: LT p. 195

Slide 22 - Slide