ig en lijk middenbouw

-ig woorden
je hoort: ug
je schrijft: ig

jarig
1 / 15
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

-ig woorden
je hoort: ug
je schrijft: ig

jarig

Slide 1 - Slide

-lijk woorden
je hoort: luk
je schrijft: lijk

vrolijk

Slide 2 - Slide

droev
A
ig
B
lijk

Slide 3 - Quiz

droevig

Slide 4 - Slide

heer
A
ig
B
lijk

Slide 5 - Quiz

heerlijk

Slide 6 - Slide

tacht
A
ig
B
lijk

Slide 7 - Quiz

tachtig

Slide 8 - Slide

uiter
A
ig
B
lijk

Slide 9 - Quiz

uiterlijk

Slide 10 - Slide

Hoera! Vandaag is mijn tante _____
A
aardige
B
jarig
C
verstandige
D
eerlijk

Slide 11 - Quiz

Ze is vandaag ____ jaar oud geworden
A
veertig
B
grappig
C
menselijk
D
hartelijk

Slide 12 - Quiz

Mijn tante is een erg ____ mevrouw. Ze spreekt altijd de waarheid.
A
grappig
B
grappige
C
eerlijk
D
eerlijke

Slide 13 - Quiz

Ik zou het ____ vinden als ik haar vergeet te feliciteren!
A
handig
B
vrolijk
C
verstandig
D
afschuwelijk

Slide 14 - Quiz

Daarom heb ik op een kaartje geschreven: lieve tante, ___ gefeliciteerd met uw verjaardag!
A
verstandig
B
menselijk
C
hartelijk
D
smakelijk

Slide 15 - Quiz