zelfst. nw en lidwoorden

BIENVENIDOS
1 / 15
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

BIENVENIDOS

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Hoy
2.3 lidwoorden : wat heb je gelezen?
a trabajar

a corregir
una explicación

Slide 3 - Slide

2.3 Lidwoorden (volgende les)
Lees pagina 25, 26 en 27 rustig door (HW)

Vragen?

Maken LA pág 18 ejercicio 1, 2 y 3

Daarna samen nakijken
timer
15:00
Nakijken LA opdracht 1, 2 en 3 blz 12

Slide 4 - Slide

ejercicio 1 y 2

Slide 5 - Slide

ejercicio 3
Vragen?
¿Preguntas?

Slide 6 - Slide

LIDWOORDEN

Slide 7 - Slide

Lidwoorden
In het Nederlands hebben we 
de    het    een

DE en HET zijn bepaalde lidwoorden
We weten namelijk al over welke persoon het gaat

EEN is een onbepaald lidwoord 
het meisje dat daar fietst is aardig
de jongen heeft een rode trui aan

Bij de eerste hebben we het over een specifiek meisje wat we zien
Bij de tweede hebben we de jongen al eerder genoemd en kunnen we zeggen dat hij een rode trui aan heeft
Er staat een taxi voor de school

Dan gaat het over iets wat we nog niet eerder hebben gezien
We kunnen daarna wel zeggen: de taxi is geel. Nu weten we waar we het over hebben

Slide 8 - Slide

Lidwoorden
EL / LA
el chico
la chica

UN / UNA
un chico
una chica
Leer altijd het lidwoord bij de woorden die je leert !!

Slide 9 - Slide

2.4   página 27
In het Spaans zijn zelfstandige naamwoorden 
mannelijk of vrouwelijk
Mannelijk, zijn woorden die eindigen op een -o.
uitzonderingen zijn o.a.: la radio, la mano....
Vrouwelijk zijn woorden die eindigen op een -a, -dad, -ión.
uitzonderingen zijn o.a.: el problema, el mapa....
Leer altijd het lidwoord erbij!

Slide 10 - Slide

A trabajar
lezen 2.5 pagina 28

A trabajar:
maak 2.6  A  en  B

Slide 11 - Slide

las respuestas

Slide 12 - Slide

Wat zeg ik?
Chicos y chicas
Escuchad
Allemaal luisteren
Fijad
Let op !!
Subrayad
Allemaal onderstrepen (of markeren)
Escribid
Allemaal schrijven
Leed
Allemaal lezen

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Deberes
aanvullen getallen bij 3.2    pág 32
aanvullen woordenlijst maanden
(zie pag 33 moduleb incl. filmpje)


Leren --> woordenlijst tot nu toe!

Slide 15 - Slide