This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
4.2 De kust
Leerdoelen
Uitleg
Aan de slag met opdrachten
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Als je deze paragraaf hebt bestudeerd, kun je:
de opbouw van de Nederlandse kust beschrijven;
de in Nederland voorkomende typen kusten noemen;
uitleggen hoe zeestromingen, getijdenstroming en wind de Nederlandse kust vormgeven;
beschrijven hoe de kust verandert als gevolg van zeespiegelstijging en/of menselijk ingrijpen.
Slide 2 - Slide
Opbouw Nederlandse kust
Dynamisch kustgebied:
Soms opbouw, soms afbraak.
Iedere dag is anders!
Waddenkust
Duinenkust
Estuarium
Slide 3 - Slide
Zachte kust:
stranden
zandplaten
duinen
wadden
Harde kust:
zeedijken
rotsen
boulevards
Zachte kust en harde kust
Slide 4 - Slide
Zachte kust
Harde kust
Dijken
Strand
Waddengebied
Door de mens aangelegd
Slide 5 - Drag question
Kenmerkend voor wadden is ...
A
veel sedimentatie en ze vallen droog
B
veel sedimentatie en altijd onder water
C
veel erosie en ze vallen droog
D
veel erosie en altijd onder water
Slide 6 - Quiz
Estuarium
Een half gesloten waterlichaam aan de kust waarin zeewater wordt verdund met zoet water -> brak water.
Er is hier een duidelijke invloed van getijden.
Slide 7 - Slide
Ontstaan van de kust
Dynamisch systeem:
wind
getijden
zeestroming
golfwerking
Slide 8 - Slide
Weichselien
(ca. 115.000 - 10.000 jaar geleden)
Strandwallen gevormd door getijdenstroming.
Duinen gevormd door wind.
zeespiegel 110 m lager dan nu!
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Video
Springtij: de kracht van de zon en de maan werken in elkaars verlengde.
Slide 11 - Slide
Doodtij: wanneer de aantrekkingskrachten van maan en zon haaks op elkaar staan.
Slide 12 - Slide
Getijden
Springtij: extra hoog water!
Doodtij: weinig verschil tussen hoog- en laagwater.
Slide 13 - Slide
Getijdenstroom in de Noordzee
Langs de Nederlandse westkust gaat de vloedstroom van zuid naar noord.
Windrichting (en zeestroming) helpen een handje mee.
Slide 14 - Slide
Stranddrift
De golfsnelheid is in diep water hoger -> sedimentatie bij de kust.
Golven schuin op de kust veroorzaken stranddrift (longshore drift). Daarbij wordt zand gemiddeld in noordoostelijke richting verplaatst.
Slide 15 - Slide
Biodiversiteit aan de kust
Algemene regel:
In een gebied met veel dynamiek is de biodiversiteit vaak hoog/laag.
Slide 16 - Slide
Biodiversiteit aan de kust
Algemene regel:
In een gebied met veel dynamiek is de biodiversiteit vaak laag.
Slide 17 - Slide
Waarom is de vloedstroom sterker dan de ebstroom en wat betekent dat voor het netto zandtransport?
Wadlopen naar Ameland en Schiermonnikoog; wie moet eerder vertrekken?
Opdracht
Slide 18 - Slide
Schiermonnikoog schuift op het grondgebied van Groningen. Verklaar waarom Schiermonnikoog zich in oostelijke richting heeft verplaatst.
Opdracht
Slide 19 - Slide
Schiermonnikoog schuift op het grondgebied van Groningen. Verklaar waarom Schiermonnikoog zich in oostelijke richting heeft verplaatst.
Opdracht
Slide 20 - Slide
Basiskustlijn
De basiskustlijn komt in gevaar door:
- stijgende zeespiegel
- dalende bodem
- klimaatverandering
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Verschillende functies van het duingebied
Slide 23 - Slide
Leerdoelen §1.4
Als je deze paragraaf hebt bestudeerd, kun je:
maatregelen noemen en beoordelen die ervoor zorgen dat de Nederlandse kust veilig is;
het verschil uitleggen tussen absolute en relatieve zeespiegelstijging;
uitleggen hoe zandsuppleties en de Zandmotor werken;
verklaren waarom de Slufter bijdraagt aan de ecologische waarde van het kustgebied biodiversiteit.
Bij dit hoofdstuk / Snel naar ...
beschrijven hoe de kust verandert als gevolg van zeespiegelstijging en/of menselijk ingrijpen.
Leerdoelen
Je be
Slide 24 - Slide
Dynamisch kustbeheer
In het Deltaprogramma is besloten om de basiskustlijn te handhaven door zandsuppletie toe te passen.
Zacht waar het kan, hard waar het moet.
Hierna: vooroeversuppletie en strandsuppletie
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Video
de Zandmotor
Een nieuwe manier om de kust te verdedigen. Je spuit voortdurend zand voor de Nederlandse kust en laat de zee zelf het zand verspreiden (i.p.v. om de 5 jaar het zand op strand te spuiten).
Zeestromen en getijden zorgen voor de verspreiding van het zand.
Slide 27 - Slide
De zandmotor zal behalve tussen Ter Heijde en Kijkduin de kust verstevigen
A
Vooral richting Den Haag
B
Vooral richting Hoek van Holland
C
Alleen ter plekke
D
In beide richtingen in gelijke mate
Slide 28 - Quiz
Slufter
De zee krijgt de ruimte om bij hoogwater het land in te stromen.
Slide 29 - Slide
Slufter
Dynamisch kustbeheer: Getijden en wind houden de kust in stand en vormen een gradiëntrijk milieu (= allerlei overgangen in het landschap).
Ecologische waarde blijkt uit grote (bio)diversiteit.
Welke gradiënten ontstaan er in de Slufter?
Slide 30 - Slide
Bolwerkvorming
Kustbebouwing belemmert beweeglijkheid kust:
Bolwerken zijn belemmering voor dynamisch handhaven.
Bolwerkvorming verhoogt overstromingsrisico ➔
Bebouwingscontouren moeten de kuststrook veiligstellen
Slide 31 - Slide
Hondsbossche Zeewering
In 2015 is de Hondsbossche Zeewering veranderd van een harde kering in een hybride kering:
Extra recreatiemogelijkheden
Lagere kosten dan dijkverzwaring
Betere overgang tussen hard en zacht
Voor
Na
Slide 32 - Slide
Primaire keringen
Slide 33 - Slide
Het karakter van de Hondsbossche Zeewering is door de grootschalige zandsuppletie veranderd.
In een breed duingebied krijgt de zee hier weer grote invloed.
Door klimaatverandering is bemaling van de polders extra hard nodig.
Met zandsuppleties en met behulp van de natuur wordt het kustfundament versterkt.
Slufter
Hybride kering
Relatieve zeespiegelstijging
Dynamisch kustbeheer
Slide 34 - Drag question
Leg uit waarom de overheid en het Waterschap niet kiezen voor zandsuppletie langs de hele kuststrook van de Westerschelde.
Slide 35 - Slide
De mythe van droge voeten
De overheid kan geen 100% veiligheid bieden. Toch lijken veel mensen daar wel op te rekenen.
De overheid wil het overstromingsrisicobewustzijn vergroten.