T4 B4 KT

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 1

B5 Schimmels

• Zitten volgens de plattegrond
• Spullen op tafel

       Boek, werkboek, schrift

• Tas van tafel
• Lees blz. 176 t/m 178

Kennen/Kunnen

• Begrippen: schimmeldraden, sporen, penicilline
• Je kunt de celkenmerken van een schimmel opschrijven.
• Je kunt uitleggen hoe een schimmel zich kan voortplanten
• Je kunt uitleggen hoe schimmels overleven (eten)
• Je kunt 4 positieve eigenschappen van schimmels noemen
• Je kunt 2 negatieve eigenschappen van schimmels noemen.

Wat gaan we doen?

• Herhalen
• Schimmels kenmerken 
• Tijd voor hw
  
• Afsluiten

Huiswerkrad

Sluit je vast aan bij de les

Getallen

Straf

Je ziet een cel onder de microscoop. Naar welk celonderdeel kun je het beste zoeken om bepalen of het een bacterie is?

1. Celwand
2. Bladgroenkorrel
3. Celkern
4. Vacuole

Welk celonderdeel komt het minst voor bij de verschillende domeinen/rijken?

1. Celwand
2. Bladgroenkorrel
3. Celkern
4. Grote vacuole

Alle geleedpotigen zijn/hebben

1. Uitwendig skelet en tweezijdig symmetrisch
2. Inwendig skelet en tweezijdig symmetrisch
3. Uitwendig skelet en veelzijdig symmetrisch
4. Inwendig skelet en veelzijdig symmetrisch

Alle gewervelden zijn/hebben

1. Uitwendig skelet en tweezijdig symmetrisch
2. Inwendig skelet en tweezijdig symmetrisch
3. Uitwendig skelet en veelzijdig symmetrisch
4. Inwendig skelet en veelzijdig symmetrisch

Celkenmerken Schimmels

• Celkern
• Celwand

Schimmels

• Voortplanting door sporen

         - Paddenstoel

         - Uiteinde schimmeldraden

• Voorbeelden

Wat is deze schimmel aan het doen?

Nuttig & Schadelijk

• Ruimen dode organismen en resten op
• Maken antibiotica
• Eten maken (en schimmels zelf eten)
• Veroorzaken schimmelinfecties
• Bederven voedsel

Ga aan de slag met:

• Lezen blz. 176 t/m 178
  
• Maken Opdr. 1 t/m 10  blz. 178-183

Klaar met het bovenstaande?

• Verder werken/lezen
• Samenvatten
• Ander huiswerk
• Boek lezen

Zs = Werken in stilte

• Geen vinger opsteken
• Aan het werk
• Stil en stoor niemand
• Blijf op je plek

Ga aan de slag met:

• Lezen blz. 176 t/m 178
• Maken Opdr. 1 t/m 10 blz. 178-183

Klaar met het bovenstaande?

• Verder werken/lezen
• Samenvatten
• Ander huiswerk
• Boek lezen

Zf = Werken met fluisteren

• Geen vinger opsteken
• De docent komt langs
• Aan het werk
• Fluister alleen met de persoon naast je
• Blijf op je plek

Afsluiting

• Begrippen: schimmeldraden, sporen, antibiotica
• Je kunt de celkenmerken van een schimmel opschrijven.
  
• Je kunt uitleggen hoe een schimmel zich kan voortplanten
  
• Je kunt uitleggen hoe schimmels overleven (eten)
  
• Je kunt 4 positieve eigenschappen van schimmels noemen
  
• Je kunt 2 negatieve eigenschappen van schimmels noemen.

Opruimdienst

Vandaag zijn dit

• Alle tafels recht
• Stoelen aangeschoven
• Grond vrij van afval
• Tafels leeg