This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Ouderdom in de GHZ
Slide 1 - Slide
Doel van de les
Je kunt aan het einde van deze les:
in eigen woorden uitleggen wat veroudering is;
tenminste 3 lichamelijke veranderingen benoemen bij iemand met een verstandelijke beperking;
benoemen wat er verandert in het eetpatroon van iemand met een verstandelijke beperking;
psychische veranderingen benoemen bij iemand met een verstandelijke beperking;
benoemen wat voor een invloed het heeft op je sociale leven als je verstandelijk beperkt bent.
Slide 2 - Slide
Waar denk je aan bij ouderdom
Slide 3 - Mind map
Oudere zorgvrager in de GHZ
Zorgvragers met een verstandelijke beperking hebben een langere levensverwachting dan vroeger.
Oudere zorgvragers hebben een grotere behoefte aan zorg.
Het verschilt per zorgvrager wanneer het verouderingsproces begint. Dat hangt samen met de ernst van de verstandelijke beperking en de oorzaak daarvan.
Slide 4 - Slide
Wat ga je zien bij een oudere zorgvrager on de GHZ?
Slide 5 - Mind map
Wat zie je?
de zorgvrager lichamelijk veroudert, je ziet dan bijvoorbeeld grijs haar, rimpelige huid, en je merkt dat de zintuigen achteruit gaan;
de zorgvrager zelfzorgactiviteiten minder goed kan uitvoeren, je ziet dan bijvoorbeeld dat een zorgvrager zichzelf niet meer kan wassen of aankleden;
de balans tussen de dagelijkse activiteiten en de rustmomenten verstoord dreigt te raken, als iemand bijvoorbeeld zijn werktempo niet meer vol kan houden.
Slide 6 - Slide
Zorgvragers met een verstandelijke beperking hebben meer kans op gezondheidsproblemen als gevolg van het verouderingsproces. Ze hebben meer kans op:
complicaties bij verouderingsprocessen, onder andere doordat ze minder kennis hebben en minder begrijpen;
bepaalde ziektebeelden, zoals dementie en depressie, door samenhang met de oorzaak van de verstandelijke beperking.
Slide 7 - Slide
Iemand met syndroom van Down heeft meer kans op vervroegde veroudering
A
Ja
B
Nee
Slide 8 - Quiz
Zorgvragers met het syndroom van Down hebben een extra chromosoom 21. De aandoening wordt daarom ook wel trisomie 21 genoemd. Op de chromosomen zitten genen. Er is een gen dat zorgt voor de aanmaak van eiwitten. Door de extra kopie van dit gen bij zorgvragers met downsyndroom wordt meer eiwit gemaakt.
Dit eiwit hoopt zich op in de ogen, oren en vooral in de hersenen en de vaten waardoor er al op jongere leeftijd al kans is op onder andere:
slechthorendheid en slechtziendheid
grijze haren en vroege kaalheid
vervroegde menopauze
vervroegde dementie
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Video
De functie van de zintuigen wordt bij veroudering slechter. Welk zintuig blijft meestal wel intact?
A
Zicht
B
Gehoor
C
Tastzin
D
Smaak
Slide 11 - Quiz
Signalen verandering zintuigen
Zicht:
voorwerpen van heel dichtbij bekijkt
Onzekerheid tijdens het lopen in een donkere omgeving of struikelen over drempels
Slide 12 - Slide
Signalen verandering zintuigen
Het gehoor wordt minder, eerst in de hogere tonen, later ook in de lagere tonen.
Verschillen in volume kunnen irritatie veroorzaken.
Smaak en geur worden ook minder bij het ouder worden. De tastzin blijft meestal goed.
Slide 13 - Slide
Aandachtspunten bij slechter wordende zintuiglijke functies:
Zorg voor voldoende licht
Een rustige, overzichtelijke inrichting maakt de omgeving minder ingewikkeld en vermoeiend.
Gebruik contrasten als de zorgvrager iets goed moet kunnen zien: dek bijvoorbeeld de tafel met contrasterende kleuren,
Stimuleer de zintuigen: zorg voor aangename prikkels en stimuleer bijvoorbeeld de tastzin van de zorgvrager of roep aangename herinneringen op met smaken en geuren van vroeger.
Slide 14 - Slide
Welke veranderingen kun je zien in eet-/ drinkpatroon
?
Slide 15 - Slide
Verandering in eetpatroon
Slikproblemen
Ondervoeding
Uitdroging
Slide 16 - Slide
De verouderde huid
De huid wordt door veroudering kwetsbaarder.
De opperhuid wordt steeds dunner.
De huid wordt ook minder soepel en elastisch.
De hoeveelheid bindweefsel wordt minder.
Slide 17 - Slide
Aandachtspunten bij veroudering van de huid:
Bescherm de huid van de zorgvrager tegen invloeden van buitenaf, bijvoorbeeld door een dagcrème met beschermingsfactor te gebruiken.
Pas hygiënische maatregelen toe bij de huidverzorging. Droog de huid altijd goed om smetten te voorkomen.
Controleer de huid van de zorgvrager regelmatig op beschadiging en irritatie. Houd wratjes en pigmentvlekken in de gaten. Waarschuw de arts bij veranderingen of als een plekje spontaan gaat bloeden.
Besteed aandacht aan preventie van decubitus en huidbeschadiging door incontinentie.
Slide 18 - Slide
Psychische veroudering
het geheugen
met name korte termijn geheugen
intelligentie
concentratievermogen gaat achteruit
gaat op cognitief later niveau functioneren
leervermogen
hetzelfde begripsniveau, maar duurt langer voordat iets verwerkt wordt.
Slide 19 - Slide
Sociale veranderingen
door lichamelijke en psychische veranderingen wordt de wereld voor de verstandelijke beperkte wordt steeds kleiner.