AG 1BK Les 2 Taak 13 A

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Welkom! 

Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint.

• Lesboek Mens en Maatschappij
• Pen
• Laptop (dichtlaten!)

Wat gaan we doen?

• Lesdoelen
• Mededelingen
• Taak 13: steden en staten
• Opdrachten bespreken (3 t/m 10)
• Stadsrechten
• Opdrachten maken  (11 t/m 13)
• Huiswerk
• Evaluatie les

Lesdoelen

• Ik weet wanneer de tijd van steden en staten begon. 
• Ik weet hoe er meer handel kwam.
• Ik weet hoe er steden ontstonden.
• Ik begrijp oorzaak en gevolg. 
• Ik ken de begrippen: stadsrechten, burgers en gilde. 

Mededelingen

Wat moet ik weten?

Taak 13 steden en staten

1000 - 1500 (n. Chr.)

https://schooltv.nl/video/de-eerste-steden-ontstaan-van-middeleeuwse-steden/#q=steden%20en%20staten 

Opdracht 3 t/m 10 bespreken

We bespreken opdracht 3 t/m 10 op blz. 72 in je werkboek. 

Meer handel en meer steden

• Rond het jaar 1000 kwam er meer handel.
  Oorzaken en gevolgen:
• Er werd meer voedsel verbouwd dan de boeren zelf nodig hadden.
• Minder werk in de landbouw, meer mensen richting de markt. 
• Zo ontstonden er steden.

https://schooltv.nl/video/clipphanger-hoe-is-het-romeinse-rijk-gevallen/#q=val%20romeinse%20rijk

Ontstaan van steden en handel

• Wegkruising
• Een kasteel
•  Een rivier
• Aan zee
• Plaatsen waar je makkelijk kon komen en die veilig waren.
• Rustiger in Europa, kooplieden durfden lange reizen te maken. 

Stadsrechten

• Eerst waren heren de baas, daarna kregen steden stadsrechten.
• Eigen bestuur, eigen munt en een stadsmuur
• De stad betaalde belasting.
• Inwoners werden burgers genoemd. 
• Burgers die aan nijverheid deden noem je ambachtslieden. 
• Zij waren lid van een gilde. 

Gilde

• Vereniging voor mensen met hetzelfde beroep
• Strenge regels over prijs en kwaliteit
• Verplicht helpen bij ziekte of overlijden
• Opleiding voor ambachtslieden

Begrippen

Burgers
Inwoners van steden.

Gilde
Een vereniging van mensen met hetzelfde beroep.

Stadsrechten

Rechten waardoor burgers hun eigen stad kunnen besturen.

Was dit een stadsrecht?

Eigen wetten maken en rechtsspreken.

1. Ja
2. Nee

Was dit een stadsrecht?

Een muur om de stad bouwen.

1. Ja
2. Nee

Was dit een stadsrecht?

Belasting vragen aan de heer.

1. Ja
2. Nee

Was dit een stadsrecht?

Eigen munten maken om mee te handelen.

1. Ja
2. Nee

Wat was het voordeel van lid zijn van een gilde voor ambachtslieden?

1. Je moest altijd goede producten maken
2. Je werd geholpen bij ziekte of overlijden
3. Je werd opgeleid
4. Je had stadsrechten

Wat was het voordeel van lid zijn van een gilde voor kopers?

1. Je wist precies waar de winkels waren
2. Er was weinig concurentie
3. Je kocht producten van goede kwaliteit.
4. Je had stadsrechten

Aan het werk

Schrijf opdracht 11 en 12 in je werkboek. 
Maak opdracht 13 op bladzijde 74. Werk rustig in tweetallen, maar vergeet niet dat je afstand moet houden! Je gebruikt hiervoor je laptop. 


Ben je klaar? Lees bron 65, 66 en 68 nog eens goed door. Maak opdracht 13 nu met een andere stad. 

Huiswerk

Datum:
B1d: woensdag 17 maart
B1c: vrijdag 19 maart

Maken:

• Opdracht 13 op blz. 74. Lees bron 65, 66 en 68 nog een keer goed door!

Lesdoelen

• Ik weet wanneer de tijd van steden en staten begon.
  
• Ik weet hoe er meer handel kwam.
  
• Ik weet hoe er steden ontstonden.
  
• Ik begrijp oorzaak en gevolg. 
• Ik ken de begrippen: stadsrechten, burgers en gilde. 

Evaluatie

• Wat heb je geleerd deze les?
• Wat ging er goed?
• Wat kan beter?