Didactiek 4.3.

• Didactiek
• MBO
• Studiejaar 1

Inloop

Bij binnenkomst ga je aan de slag met een van de volgende opdrachten:

• Schriftelijke rapportage
• Lees alvast paragraaf 7.5 door 
• Vragen?

Mededeling 4.2.

• De student vertelt wat het nut is van evalueren (proces/ product) en kan onderbouwen waarom het zo belangrijk is om te evalueren
  
• De student maakt kennis met het PDCA model 

Zelf even terug lezen voor de kennistoets.

Paragraaf 7.5.

Didactiek 4.3.

Hoofdstuk 7: Communicatie en reflectie

Paragraaf 7.6: Jezelf laten zien

Vang de bal

• Wat is verschil tussen open en gesloten vragen?
• Waar staat de PCDA-clyclus voor? 

Lesdoelen 4.3.

• De student weet om te gaan met een meningsverschil binnen de werksituatie
  
• De student kan in een discussie voor zichzelf opkomen en zijn mening beargumenteren.
  
• De student kent de manieren van omgaan met een conflict en oefent hiermee door middel van een spel 

Paragraaf 7.6.

Conflicthantering

• Doel: 5 manieren om met een conflict om te gaan.
• Hoe kies je een van de 5 manieren?

1. Analyseer de inhoud van het conflict.
2. Hoe belangrijk is deze kwestie voor

        jou en voor de ander?

   3. Hoe belangrijk is de persoon voor jou?

   4. Wat zijn de omstandigheden?

Conflicthantering spel

Speel het spel met 3/4 studenten.

• Gebruik het speelbord.
• Dobbel met de dobbelsteen en beantwoord de casus kaartjes aan de hand van de conflicthantering. 
• Jouw medespelers bepalen aan de hand van de theorie of dat je juist hebt gehandeld. 
• Verzamel tot slot alle conflicthanteringsstijlen. 

Terugkoppeling werkvorm

• Hoe heb je het ervaren?
• Welke conflicthantering vond jij het lastigste, waarom?
• Welke conflicthantering vond jij het prettigste, waarom? 

Eindopdracht 2

Beschrijf een casus uit het werkveld of dagelijks praktijk, waarin een conflict of meningsverschil naar voren kwam.

• Reflecteer hoe je met dit conflict / meningsverschil bent omgegaan.
• Beschrijf welke conflicthanteringsstijl je nu het beste had kunnen toepassen en waarom. 

Volgende week 

Hoofdstuk 8 Beroepen en organisatie

Paragraaf 8.1. Jouw plek in de organisatie