ASM les 2 Visie op bewegen + paradigma

• Keuzedeel ASM
• MBO
• Studiejaar 3,4

Les 2 Paradigma

Lineair

• Eenzijdige belasting 
• Vroege specialisatie 
• Dwingende situaties
• Snel resultaat  
• 'Drillen' 

Concentrisch

• Veel variatie (BMS) 
• Uitdagen, niet dwingen!  
• Bevordering van beweegplezier
• Spelenderwijze toepassing  

Fase-indeling motorische ontwikkeling 

1. een veelzijdige goede beweger;

2. een veelzijdige goede beweger wordt een atleet;

3. de atleet ontwikkelt een specialisatie;

4. de specialist binnen de sport is een atleet. 

De filosofie:

een holistische benadering

ASM-model ontstaan door het geloven in een filosofie: 

'Kinderen worden veelzijdige bewegers door het aanbieden van gevarieerde en gepaste uitdagingen op fysiek en psychosociaal gebied.'

De gedachte dat lichaam en geest één zijn benadrukt de totaliteit van het menselijk wezen, het uitgangspunt van ASM.  

Een holistische benadering

'bij opgroeiende kinderen vinden er enorme veranderingen en ontwikkelingen plaats, zowel op cognitief, sociaal, mentaal als op motorisch gebied. Deze processen kunnen niet los van elkaar worden gezien. De mens is geen optelsom van biologisch, psychosociale en sociale factoren maar juist een ondeelbare totaliteit; met weliswaar te onderscheiden kwaliteiten, maar niet met te scheiden kwaliteiten'. 

Andere tijden... 

"Een handstand? Dat zie ik niemand op een honkbalveld doen!"

"Waarom een salto over een kast? Daar kan je toch omheen lopen?"

"Ik heb prijzen gewonnen zonder deze vreemde oefeningen"

Sport veranderd ook, wie kan er een voorbeeld noemen? 

Talent paradigma 

Begrip: stelsel van met elkaar samenhangende wetenschappelijke theorieën

• Ericsson et al. (1993)  
  Deliberate Practice "10.000 uren" 
• Côté et al. (2003)
  Deliberate play "Kwaliteit" 
• Ford et al. (2009)
  Early Engagement Hypothesis "Sensitieve perioden"  
• Balyi (2013)
  LTAD Windows of opportunity fases 

Ericsson et al. (1993)   

• Doelbewust oefenen, het ouderwetse inslijpen
• Gesloten vaardigheden (bijv. stijldansen)
• "10.000 uren" 

https://www.kessels-smit.com/nl/deliberate-practice-de-kunst-van-doelbewust-oefenen

Kun je een sport en/of vaardigheid noemen waar Deliberate Practice veel voorkomend is?

Côté et al. (2003) 

• Deliberate play "kwaliteit".
• Toegewijd spelen
• Spelenderwijs ontwikkelen in (georganiseerde) vrijheid 

https://www.voetbalkennisplatform.nl/?page=subpage&spid=1944&theme=4 

Verband tussen deliberate play & delibarate practice

Ford et al. (2009) 

• Early Engagement Hypothesis 
• "Sensitieve perioden" 
• Vroege betrokkenheid voor een superieure techniek 

Bij welke sport(en)/activiteit(en) zou Early Engagement extra belangrijk zijn en waarom? 

Balyi (2013)

Balyi's Long Term Athlete Development Model

"Having a LTAD (long term athlete development) model ensures athletes and students optimise their learning and performance for now, and more importantly for the future. Athletes who specialise in a sport too early, have too much competition or haven't mastered their fundamental motor skills will never reach their full potential, will peak late (or not at all), and are more likely to retire early and lose intrinsic motivation."

Les 2 - BMS 

Basic Movement Skills

1. Balanceren en vallen 

2. Stoeien en vechten

3. Gaan en lopen 

4. Springen en landen

5. Rollen, duikelen, draaien

6. Gooien, vangen, slaan en mikken

7. Trappen, schieten en mikken, 

8. Klimmen en klauteren

9. Zwaaien en slingeren

10. Bewegen op en maken van muziek 

BMS - Gaan en lopen 

Welke sporten/activiteiten
hebben deze BMS in zich?

BMS - Zwaaien en slingeren 

Welke sporten/activiteiten
hebben deze BMS in zich?

Vragen?