D2B 13-12-2021

§2.1 Steden in de wereld
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, t, havo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

§2.1 Steden in de wereld

Slide 1 - Diapositive

Welke stad zie je op deze foto?
Welk soort stad wordt beschreven?
De 1e stad van het land is veel groter dan de 2e stad van het land
A
megastad
B
wereldstad
C
hoofdstad
D
primate city

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het belangrijkste
kenmerk van een megastad?
timer
0:30

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar liggen steden meestal?
timer
0:30

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten steden
  • Megasteden: minimaal 10 miljoen inwoners; vooral in arme landen
  • Wereldsteden: belangrijke rol voor de economie, politiek of cultuur wereldwijd; vooral in rijke landen
  • Hoofdsteden: meestal de plek waar de regering zit
  • Primate cities: 1e stad is veel groter dan 2e stad van het land; 1e stad minimaal 2x zoveel inwoners als 2e stad 
Megasteden: 
- minimaal 10 miljoen inwoners
- vooral in arme landen
Wereldsteden:
- veel invloed op de wereld
- invloed op gebied van economie, politiek of cultuur 
- vooral in rijke landen
Hoofdsteden:
- meestal de plaats waar de regering zit
- vaak een grote stad
Primate cities:
- 1e stad is veel groter dan 2e stad van het land
- Voorwaarde 1e stad minimaal 2x zoveel inwoners als 2e stad
Soorten steden

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten steden
  • Megasteden: minimaal 10 miljoen inwoners; vooral in arme landen
  • Wereldsteden: belangrijke rol voor de economie, politiek of cultuur wereldwijd; vooral in rijke landen
  • Hoofdsteden: meestal de plek waar de regering zit
  • Primate cities: 1e stad is veel groter dan 2e stad van het land; 1e stad minimaal 2x zoveel inwoners als 2e stad 
Verstedelijkingsgraad: 
- hoeveel procent van de mensen in een land in steden woont 
- is hoog in rijke landen
Verstedelijkingstempo:
- hoeveel procent de bevolking van de stad groeit
is hoog in arme landen
In arme landen groeien steden behoorlijk snel

Oorzaken:
1. veel mensen verhuizen van het platteland naar de stad  om te gaan werken 
2.  er worden veel kinderen geboren doordat er veel jonge mensen naar de steden komen
Groei steden

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

§2.2 Groei en opbouw steden

Slide 7 - Diapositive

Welke stad zie je op deze foto?
Waarom verhuizen veel mensen
naar steden?
timer
0:30

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten steden
  • Megasteden: minimaal 10 miljoen inwoners; vooral in arme landen
  • Wereldsteden: belangrijke rol voor de economie, politiek of cultuur wereldwijd; vooral in rijke landen
  • Hoofdsteden: meestal de plek waar de regering zit
  • Primate cities: 1e stad is veel groter dan 2e stad van het land; 1e stad minimaal 2x zoveel inwoners als 2e stad 
Urbanisatie
- Mensen verhuizen van het platteland naar de stad
- Stad wordt steeds groter
- Meer werk in de stad
- Vooral in arme landen
Suburbanisatie
- Mensen verhuizen van de stad naar het platteland
- Plaatsen dichtbij stad worden groter
- Meer rust en ruimte buiten de stad
- Vooral in rijke landen
Ontwikkeling steden

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
0:30
Welke verschillen zijn er tussen
steden in arme en rijke landen?

Slide 10 - Carte mentale

Startopdracht voor de leerlingen.
Soorten steden
  • Megasteden: minimaal 10 miljoen inwoners; vooral in arme landen
  • Wereldsteden: belangrijke rol voor de economie, politiek of cultuur wereldwijd; vooral in rijke landen
  • Hoofdsteden: meestal de plek waar de regering zit
  • Primate cities: 1e stad is veel groter dan 2e stad van het land; 1e stad minimaal 2x zoveel inwoners als 2e stad 
Steden in rijke landen
- Groei vanaf industriële revolutie 
(fabrieken en arbeiders) > urbanisatie
- Nieuwe wijken rond centrum
- Vanaf 1960 meer inkomen > suburbanisatie 
- Goede stadsplanning

Plattegrond tekenen
Steden in arme landen
- Groei vanaf 1960 > urbanisatie
- Krottenwijken aan de rand van de stad en belangrijke wegen
- Slechte leefomstandigheden in krottenwijken
- Slechte stadsplanning


Plattegrond tekenen

 
Steden in rijke en arme landen

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
0:30
Hoe ziet het CBD eruit?

Slide 12 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke wijk vind je alleen in steden in arme landen?
A
Central Business District
B
krottenwijken
C
suburbs
D
villawijken

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
0:30
Waarom zijn de leefomstandigheden
in krottenwijken slecht?

Slide 14 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Heb je behoefte aan meer uitleg?
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten steden
  • Megasteden: minimaal 10 miljoen inwoners; vooral in arme landen
  • Wereldsteden: belangrijke rol voor de economie, politiek of cultuur wereldwijd; vooral in rijke landen
  • Hoofdsteden: meestal de plek waar de regering zit
  • Primate cities: 1e stad is veel groter dan 2e stad van het land; 1e stad minimaal 2x zoveel inwoners als 2e stad 
Aan het werk
Wat?
Maken §2.1: opdracht 1 t/m 6
Waar?
blz. 30-31 tb; blz. 38-39 wb
Hoe?
20 minuten; eerste 5 minuten zelfstandig;
daarna rustig overleggen
Klaar?
Nakijken §2.1
Maken vaardigheden H2: opdracht 1 en 2
Herhaling en verdieping §2.1
Lezen §2.2
Digitaal lesmateriaal Teams en Magister

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiting

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
  • BKL/TL
       - Maken §2.1: opdracht 1 t/m 6
       - Maken vaardigheden H2: opdracht 1 en 2
       - Lezen §2.2

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heb je vandaag
geleerd?

Slide 19 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke uitspraak is het meest op jou van toepassing voor §2.1?
A
ik ken de stof goed
B
ik ken de stof redelijk
C
ik vind de stof lastig
D
ik heb meer uitleg of oefening nodig

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions