4.7 Gr. Z Formatief toetsje en 4.8 Gr. W terugblik psv en bzv

1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Wat je in deze les leert ... 

§4.8 Grammatica woordsoorten

Herhalen woordsoorten: psv en bzv
Herhalen zinsdeel benoemen: pv t/m mv

Slide 4 - Diapositive

Heb je vragen over opdracht 11 uit paragraaf 4.8 Grammatica woordsoorten?
nee
ja

Slide 5 - Sondage

Wat 'doet' een persoonlijk voornaamwoord (psv)?
A
Geeft aan van wie iets is.
B
Zegt iets over een situatie.
C
Duidt een persoon of ding aan.
D
Zegt aan wie iets gegeven wordt.

Slide 6 - Quiz

Welke psv of psv's zitten in deze zin?

Je kunt ze morgen bij mevrouw Meijer ophalen.

A
je
B
mevrouw Meijer
C
je + ze
D
morgen

Slide 7 - Quiz

Hoeveel keer lees je Snuffie 
in  20 seconden?

Slide 8 - Diapositive

Hoeveel Snuffies heb je geteld?

Slide 9 - Carte mentale

Welke 'Snuffies' zou je vervangen voor een persoonlijk voornaamwoord om de tekst aantrekkelijker te maken?

Slide 10 - Diapositive

Welke woorden zijn bezittelijke voornaamwoorden?
A
Mijn, jouw, ik, ons
B
Hun, zijn, onze, uw
C
Mij, uw, hen, wij
D
Wij, zij, jullie, onze

Slide 11 - Quiz

persoonlijk voornaamwoord
bezittelijk voornaamwoord
Ik
heb
jouw
pen
niet gepakt.
Zij
geeft
zijn
kaartje
aan
ons.
Heb
jij
hem
gezien
op
ons
feestje.

Slide 12 - Question de remorquage

Wat zijn allemaal
bezittelijk voornaamwoorden?
A
jouw, mij, uw
B
jou, mijn, uw
C
jouw, mijn, uw
D
jou, mijn, u

Slide 13 - Quiz

Wie is dit?
Wat is haar favoriete dier?

Slide 14 - Question ouverte

Slide 15 - Vidéo

Wat?
Zinsdelen benoemen: 
1. duo's (1+2 of 3+4) 
2. --> viertal nakijken (1+2 of 3+4)
Hoe?
Werkblad (Thuis: Word-document zin 1 t/m 4 maken) +  Straver zegt de tijd
Hulp?
Boek, theorie online, klasgenoot, Straver
Resultaat?
Bespreken in de klas
Leerdoel?
pv - wg of ng - o - lv - mv + hoofdzinnen en bijzinnen
Klaar?
Daltontaak week 13, lezen of de boekverweringsopdracht

Slide 16 - Diapositive

Wat weet je nu?


Woordsoorten benoemen: psv en bzv
Zinsdelen benoemen: pv t/m mv
Hoofdzinnen en bijzinnen onderscheiden

Slide 17 - Diapositive

Einde van de les

Slide 18 - Diapositive

Sleep alle woorden naar de juiste woordsoort
werkwoord
bijvoeglijk naamwoord
zelfstandig naamwoord
persoonlijk voornaamwoord
bezittelijk voornaamwoord
Hij
is
onze
mooie
trouwdag
vergeten.

Slide 19 - Question de remorquage

Slide 20 - Diapositive


1X1 minuut gratis winkelen in een supermarkt naar keuze
Overal waar je komt, krijg je een complimentje.

Slide 21 - Sondage