Hst 14, 15, 27 Leesvaardigheid

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Welkom

Leg op tafel:

Laptop

Kern-boek

Map + pen/potlood

(Telefoon thuis, in tas of in zakkie)

Agenda 

1. Boek uitdelen/Numo

2. Samen lezen/voorlezen

3. Taalregel via kort dictee

4. Theorie hst 14

5. Aan de slag: werken

Leerdoelen hst 14

Aan het einde van deze les

- heb je een boek geleend en een start gemaakt met het lezen ervan

- heb je een klein dictee gemaakt en taalregels geoefend

- weet je welke tekstdoelen een schrijver kan hebben en wat informatieve teksten zijn 

- heb je zelf een informatieve alinea geschreven en nagekeken

- gewerkt aan Numo 

Leerdoelen 14, 15 en 27 

R: weet je welke tekstdoelen een schrijver kan hebben, wat informatieve teksten zijn en welke tekstverbanden en signaalwoorden daarbij horen

T1: kun je een informatieve tekst en tekstverbanden herkennen  en weet je hoe je een informatieve tekst moet opzetten als je zelf gaat schrijven

T2: kun je uitleggen waaraan je kunt herkennen dat een tekst informatief is en zelf een begin maken van een informatieve test met daarin meerdere samenhangende alinea's

I: kun je zelf een informatieve tekst schrijven

Boek uitdelen, rest op Numo

Lezen 

Dictee

Pen en papier bij de hand

Ik lees voor, jij schrijft. 

Ik benoem de interpunctie. 

Daarna kijken we na. 

Meerdere taalregels (geel)

Nederland gaat met 86 sporters naar de Paralympics. De Nederlandse paralympiërs reizen vooral per bus naar de Spelen. De woordvoerder legt uit: "Dat heeft te maken met de beperkte rolstoelplaatsen in de treinen naar Parijs. In een bus kunnen de rolstoelen onderin, dat is een stuk makkelijker.” 

NB dit komt uit het AD, 22-8-2024

Het boek 

Blz. 32, hst 14

Pak je boek erbij

Opdracht 1

Drie teksten, lees de teksten

Lees blz. 32 links bovenaan 'Verschillende tekstdoelen'

Overleg met je buurman

Welk tekstdoel hebben de gelezen teksten? 

Schrijf op in je map

Collegae, de teksten zijn te vinden op Teams

Cartoon/Column/Informatief

Opdracht 2

Kijk naar deze foto

Schrijf in minimaal 21 woorden op wat hier gebeurt op een informatieve manier 

Vervolg opdracht 2

Kijk na van degene naast je

- Snap je wat daar staat?

- Is het informatief?

-Spellingsfouten /interpunctie? 

 

Informatief 

De schrijver wil je iets leren

De informatie is neutraal en objectief 

Tot Einde les...

Welke staan er open? 

Nu tot einde van de les op Numo: 

leerplan 

werkwoordspelling

Vandaag gedaan..

- heb je een boek geleend en een start gemaakt met het lezen ervan

- heb je een klein dictee gemaakt en taalregels geoefend

- weet je welke tekstdoelen een schrijver kan hebben en wat informatieve teksten zijn

- heb je zelf een informatieve alinea geschreven en nagekeken

- gewerkt aan Numo